Smalle wielen met lage flenzen: verschil tussen versies
Uit BeneluxSpoor.net - Encyclopedie
|
|
Regel 112: |
Regel 112: |
| |Vorige= E17.05 - Lage railprofielen | | |Vorige= E17.05 - Lage railprofielen |
| |Volgende= E17.07 - Bouwpakketten voor rails en wissels | | |Volgende= E17.07 - Bouwpakketten voor rails en wissels |
| + | |VorigeMenu= E17 - The American way |
| }} | | }} |
| | | |
Regel 117: |
Regel 118: |
| [[Categorie: Artikel|Smalle wielen met lage flenzen]] | | [[Categorie: Artikel|Smalle wielen met lage flenzen]] |
| [[Categorie: Ontwerp modelbaan|S]] | | [[Categorie: Ontwerp modelbaan|S]] |
| + | [[Categorie: Scenery|S]] |
| [[Categorie: Spoorwegbouw|S]] | | [[Categorie: Spoorwegbouw|S]] |
− | [[Categorie: Scenery|S]]
| |
| [[Categorie: The American way|S]] | | [[Categorie: The American way|S]] |
| [[Categorie: Hans van de Burgt|S]] | | [[Categorie: Hans van de Burgt|S]] |
Versie van 25 okt 2012 om 15:30
Onder redactie van: BeneluxSpoor.net / Auteur: Hans van de Burgt
Finescale
In het artikel Lage railprofielen (zie: 'Meer informatie') wordt uitgelegd dat de Amerikaanse modelspoorbanen vaak voorzien zijn van rails en wissels met lage profielen. Hoe lager het gebruikte railprofiel, hoe lager de wielflenzen moeten zijn. Dit om er voor te zorgen dat de wielen vrijlopen en niet over de bielzen stuiteren.
Een bekend formaat – ook in Europa – zijn de hierboven reeds genoemde RP25 wielen. RP25 staat voor een NMRA 'aanbeveling voor de praktijk' (Recommended Practice). Maar er blijken meerdere RP25-formaten naast elkaar te bestaan. Ze zijn er namelijk in verschillende wielbreedtes (zie: maat-N’ in onderstaande tekening).
|
Afbeelding: E17.06-01
|
RP25 profiel
|
Bron: NMRA
|
CODE
|
TIRE WIDTH N'
|
FLANGE WIDTH T
|
TREAD WIDTH W'
|
FLANGE DEPTH D'
|
GAGING POINT P
|
FILLET RADIUS R1
|
INNER RADIUS R2
|
OUTER RADIUS R3
|
175 |
0,175 |
0,048 |
0,127 |
0,045 |
0,015 |
0,025 |
0,028 |
0,028
|
126 |
0,126 |
0,036 |
0,090 |
0,028 |
0,012 |
0,018 |
0,021 |
0,021
|
116 |
0,116 |
0,031 |
0,085 |
0,026 |
0,011 |
0,014 |
0,018 |
0,018
|
110 |
0,110 |
0,030 |
0,080 |
0,025 |
0,010 |
0,014 |
0,018 |
0,018
|
88 |
0,088 |
0,025 |
0,063 |
0,023 |
0,008 |
0,012 |
0,015 |
0,015
|
79 |
0,079 |
0,023 |
0,056 |
0,020 |
0,008 |
0,011 |
0,014 |
0,014
|
72 |
0,072 |
0,020 |
0,052 |
0,020 |
0,008 |
0,010 |
0,012 |
0,012
|
54 |
0,054 |
0,014 |
0,040 |
0,016 |
0,007 |
0,008 |
0,009 |
0,009
|
E10.17.01-02
|
Tabel gemaakt door: Hans van de Burgt
|
Voor schaal H0 is RP25/110 de aangewezen maat. En dat hangt samen met de breedte van de puntstuk-sleuven in wissels. Het wiel moet namelijk altijd breder zijn dan de dubbele sleufbreedte. De breedte van het wiel voorkomt dat dit bij de wissels in de sleuf van het puntstuk zakt.
Nu willen de Amerikanen niet alleen wielen met lage flenzen, maar ook en vooral smalle wielen. Vergelijk in bovenstaande foto de RP25/88 – finescale wielen (links) met de 'normale' RP25/110 wielen (rechts).
Proto:87
Het kan overigens nog extremer. Hieronder een wielstel volgens de Proto:87 normen. Deze wielen zijn precies op schaal, zie: foto hieronder:
Meer informatie
|