|
|
Regel 39: |
Regel 39: |
| <br /> | | <br /> |
| [[Bestand:E07.01.07.02-02.jpg|300px]]<br /> | | [[Bestand:E07.01.07.02-02.jpg|300px]]<br /> |
− | <i><small>E07.01.07.02-03<br />Zelfbouw draaischijf in model<br />Foto gemaakt door J. Teeuw</small></i> | + | <i><small>E07.01.07.02-03<br />Zelfbouw draaischijf in model<br />Foto gemaakt door J. Teeuw</small></i><br /><br /> |
− | <br /> | |
| Op het internet staan veel goede bouwomschrijvingen en handleidingen voor het zelf bouwen van een draaischijf. Daarnaast leveren diverse fabrikanten, zoals Henk Kooiman, deel-bouwpakketten voor het bouwen van een draaischijf. Deze kan dan naar eigen wensen aangepast worden. | | Op het internet staan veel goede bouwomschrijvingen en handleidingen voor het zelf bouwen van een draaischijf. Daarnaast leveren diverse fabrikanten, zoals Henk Kooiman, deel-bouwpakketten voor het bouwen van een draaischijf. Deze kan dan naar eigen wensen aangepast worden. |
| | | |
| ==== Inbouwdiepte draaischijf ==== | | ==== Inbouwdiepte draaischijf ==== |
− | Dit gegeven wordt meestal in het ontwerp van de modelbaan over het hoofd gezien. De draaischijf heeft een kuil en daaronder zitten meestal extra onderdelen voor de aandrijving- en aansturing van de draaischijf. Daarvoor is ruimte nodig onder de baan. Liggen er verdekte sporen, zoals een schaduwstation, dan moet de modeltreinen er nog wel onderdoor kunnen rijden. De inbouwdiepte is bij iedere draaischijf verschillend, dus een echte standaardmaat is niet te geven. Gemiddeld moet men voor een H0-draaischijf een inbouwdiepte van minimaal 50 mm aanhouden. Voor N-spoor is dat minimaal 25 mm. Onderstaande plaatjes geven een overzicht van de minimale hoogte tussen de twee rij-niveau's. | + | Dit gegeven wordt meestal in het ontwerp van de modelbaan over het hoofd gezien. De draaischijf heeft een kuil en daaronder zitten meestal extra onderdelen voor de aandrijving- en aansturing van de draaischijf. Daarvoor is ruimte nodig onder de baan. Liggen er verdekte sporen, zoals een schaduwstation, dan moet de modeltreinen er nog wel onderdoor kunnen rijden. De inbouwdiepte is bij iedere draaischijf verschillend, dus een echte standaardmaat is niet te geven. Gemiddeld moet men voor een H0-draaischijf een inbouwdiepte van minimaal 50 mm aanhouden. Voor N-spoor is dat minimaal 25 mm. Onderstaande plaatjes geven een overzicht van de minimale hoogte tussen de twee rij-niveau's.<br /><br /> |
− | <br /><br /> | |
| {|" | | {|" |
| | [[Bestand:E04.07-17.jpg|150x200px]] | | | [[Bestand:E04.07-17.jpg|150x200px]] |
Regel 66: |
Regel 64: |
| | | |
| ==== Segmentdraaischijf ==== | | ==== Segmentdraaischijf ==== |
− | Dit type draaischijf zie je niet veel op een modelbaan. Maar zelfbouw of kant en klaar kopen is geen enkel probleem. | + | Dit type draaischijf zie je niet veel op een modelbaan. Maar zelfbouw, of kant-en-klaar kopen is geen enkel probleem. |
− | <br /> | + | <br /><br /> |
| [[Bestand:E07.01.07.02-04.jpg|300px]]<br /> | | [[Bestand:E07.01.07.02-04.jpg|300px]]<br /> |
| <i><small>E07.01.07.02-10<br />Segmentdraaischijf in model<br />Foto gemaakt door R. Koerts, Modulebaan MSV Veluwezoom</small></i> | | <i><small>E07.01.07.02-10<br />Segmentdraaischijf in model<br />Foto gemaakt door R. Koerts, Modulebaan MSV Veluwezoom</small></i> |
− | <br /> | + | <br /><br /> |
| ==== Complete treinen ==== | | ==== Complete treinen ==== |
| De fiddleyard-draaischijf is een draaischijf om complete treinen (een locomotief met een aantal rijtuigen of wagons) te draaien. Vooral bij club- en tentoonstellingbanen zie je deze vorm van draaischijf in gebruik. Door het gebruik van deze draaischijven hoef je geen grote keerlus met veel opstelsporen en wissels te hebben. Deze draaischijven kunnen diameters hebben van 1,50 m tot 2,00 m en met tot wel 10 opstelsporen. | | De fiddleyard-draaischijf is een draaischijf om complete treinen (een locomotief met een aantal rijtuigen of wagons) te draaien. Vooral bij club- en tentoonstellingbanen zie je deze vorm van draaischijf in gebruik. Door het gebruik van deze draaischijven hoef je geen grote keerlus met veel opstelsporen en wissels te hebben. Deze draaischijven kunnen diameters hebben van 1,50 m tot 2,00 m en met tot wel 10 opstelsporen. |
Regel 76: |
Regel 74: |
| <i><small>Meer informatie en downloads:</small></i> | | <i><small>Meer informatie en downloads:</small></i> |
| | | |
− | <small>Op internet is veel extra informatie te vinden over draaischijven in het groot zowel als in model: | + | <small>Op internet is veel extra informatie te vinden over draaischijven, zowel in het groot als in model: |
| | | |
| {| | | {| |
Versie van 6 jun 2010 om 19:57
E07.01.07.01 - Het stoomlocomotievendepot - Vorige | Volgende - E07.01.07.03 - De rolbrug
Onder redactie van: BeneluxSpoor.net / Auteur: Ronald Koerts
35px
Stoomlocomotieven kunnen meestal harder vooruit dan achteruit rijden. Daardoor was het nodig om een locomotief te keren en met de neus in de goede rijrichting te zetten. Niet alleen stoomlocomotieven moeten gedraaid (gekeerd) worden, ook sommige diesellocomotieven en elektrische locomotieven kunnen gedraaid worden. Dit heeft meestal een meer praktische dan een technische achtergrond, bijvoorbeeld minder luidruchtige cabine of airco in de cabine.
|
|
E07.01.07.02-01 Draaischijf te Gerolstein, Duitsland Foto gemaakt door R. Koerts
|
E07.01.07.02-02 Stoomlocomotief op de draaischijf Foto gemaakt door Nico Spilt, bron: www.langsderails.nl
|
De draaischijf is de meest voorkomende manier om een locomotief te keren. In Nederland hebben alléén museumspoorbedrijven nog draaischijven in gebruik. Bij het revisiebedrijf in Tilburg ligt ook nog een draaischijf. Het revisiebedrijf zal op korte termijn sluiten en daarmee zal de draaischijf niet meer gebruikt worden. In het buitenland komen ze nog veel voor. De draaischijf wordt veel gebruikt in combinatie met een locomotievenloods. Hierdoor kunnen op een relatief klein oppervlak veel locomotieven droog gestald worden.
Segmentdraaischijven
Met deze draaischijven kon meestal niet gedraaid (gekeerd) worden. Deze werden in hoofdzaak gebruikt op locaties waar geen ruimte voor een wisselstraat was. Het is niet een complete cirkel maar een (klein) deel daarvan. Zoals bijvoorbeeld bij kleine stations voor het omlopen van een locomotief.
'Spin'
Heden ten dage zijn diverse draaischijven voorzien van een 'spin' oftewel een bovenleiding boven de kuil. Daardoor kunnen er ook elektrische locomotieven gedraaid worden.
Voor bussen
Op sommige plaatsen in de wereld zijn speciale draaischijven voor trolleybussen aangelegd. Deze bussen maken gebruik van een bovenleiding en daar ze niet zonder stroom (of eigenlijk spanning) kunnen rijden dient men voor het keren een keerlus aan te leggen. Op sommige plaatsen was voor een keerlus geen ruimte en heeft men een draaischijf gebouwd.
Draaischijf op de modelbaan
Een draaischijf op de modelbaan is een mooie blikvanger. De draaischijf is meestal een onderdeel van het lokdepot. Het geeft veel extra mogelijkheden om met je locomotieven te rijden c.q. -te rangeren. Je kunt kiezen voor een fabrieksdraaischijf of er zelf één bouwen.
Fabrieksdraaischijven
Bijna alle modelspoorfabrikanten hebben wel een draaischijf in het programma opgenomen. Meestal kan er gekozen worden tussen een kleine handmatig bediende draaischijf en/of een grote elektrisch aangedreven draaischijf. De standaard hoek tussen twee sporen is 7,5° (Graden). Daardoor kunnen er maximaal 48 sporen aansluiten op de draaischijf. Veel fabrikanten van bouwpakketten hebben daarop hun ring-lokloodsen afgestemd. Er zijn ook een aantal leveranciers die 10 graden hanteren tussen twee sporen.
Zelfbouw
Zelfbouw van een draaischijf is goed mogelijk. Het geeft je meer keuzevrijheid hoe de sporen op de draaischijf aansluiten. De grootte van de schijf kan men ook zelf bepalen. Het bouwen van een draaischijf is een combinatie van mechanica en elektronica. Je hebt namelijk een aantal onderdelen nodig:
- Een aandrijving voor de (draai)brug
- Een systeem om de brug goed op de sporen te positioneren (bijv. d.m.v. eindschakelaars)
- Een systeem om kortsluiting te voorkomen (bijvoorbeeld een keerlusmodule)
- Eventueel onderdelen voor digitale besturing van de draaischijf in een digitale baan

E07.01.07.02-03
Zelfbouw draaischijf in model
Foto gemaakt door J. Teeuw
Op het internet staan veel goede bouwomschrijvingen en handleidingen voor het zelf bouwen van een draaischijf. Daarnaast leveren diverse fabrikanten, zoals Henk Kooiman, deel-bouwpakketten voor het bouwen van een draaischijf. Deze kan dan naar eigen wensen aangepast worden.
Inbouwdiepte draaischijf
Dit gegeven wordt meestal in het ontwerp van de modelbaan over het hoofd gezien. De draaischijf heeft een kuil en daaronder zitten meestal extra onderdelen voor de aandrijving- en aansturing van de draaischijf. Daarvoor is ruimte nodig onder de baan. Liggen er verdekte sporen, zoals een schaduwstation, dan moet de modeltreinen er nog wel onderdoor kunnen rijden. De inbouwdiepte is bij iedere draaischijf verschillend, dus een echte standaardmaat is niet te geven. Gemiddeld moet men voor een H0-draaischijf een inbouwdiepte van minimaal 50 mm aanhouden. Voor N-spoor is dat minimaal 25 mm. Onderstaande plaatjes geven een overzicht van de minimale hoogte tussen de twee rij-niveau's.
|
|
|
|
|
|
E07.01.07.02-04 H0 draaischijf 100 mm
|
E07.01.07.02-05 H0 draaischijf 120 mm
|
E07.01.07.02-06 H0 draaischijf 140 mm
|
E07.01.07.02-07 N draaischijf 60 mm
|
E07.01.07.02-08 N draaischijf 80 mm
|
E07.01.07.02-09 N draaischijf 100 mm
|
Kortsluiting draaischijf
In sommige gevallen kan er bij het gebruik van een draaischijf kortsluiting ontstaan. Dit komt alléén voor bij Tweerail-systemen en gebeurt vooral bij het volledig keren van een locomotief op de draaischijf. In digitale banen kan met een keerlusmodule de kortsluiting gemakkelijk worden voorkomen.
Segmentdraaischijf
Dit type draaischijf zie je niet veel op een modelbaan. Maar zelfbouw, of kant-en-klaar kopen is geen enkel probleem.

E07.01.07.02-10
Segmentdraaischijf in model
Foto gemaakt door R. Koerts, Modulebaan MSV Veluwezoom
Complete treinen
De fiddleyard-draaischijf is een draaischijf om complete treinen (een locomotief met een aantal rijtuigen of wagons) te draaien. Vooral bij club- en tentoonstellingbanen zie je deze vorm van draaischijf in gebruik. Door het gebruik van deze draaischijven hoef je geen grote keerlus met veel opstelsporen en wissels te hebben. Deze draaischijven kunnen diameters hebben van 1,50 m tot 2,00 m en met tot wel 10 opstelsporen.
Meer informatie en downloads:
Op internet is veel extra informatie te vinden over draaischijven, zowel in het groot als in model:
Gerelateerde termen: Marklin, Maerklin, Mærklin.
E07.01.07.01 - Het stoomlocomotievendepot - Vorige | Volgende - E07.01.07.03 - De rolbrug