|
|
Regel 3: |
Regel 3: |
| <small><small>Onder redactie van: BeneluxSpoor.net / Auteur: Hans van de Burgt</small></small> | | <small><small>Onder redactie van: BeneluxSpoor.net / Auteur: Hans van de Burgt</small></small> |
| ---- | | ---- |
− |
| |
− |
| |
− |
| |
− | >>>> In bewerking door Fred. 26-2. 10:25 uur. <<<<
| |
− |
| |
− |
| |
− |
| |
| [[bestand:JG-01.jpg|thumb|left|500px|alt=alt text|<i>E06.07.01-01<br />Foto: Jos Geurts<br />Realistische bomen</i>]] | | [[bestand:JG-01.jpg|thumb|left|500px|alt=alt text|<i>E06.07.01-01<br />Foto: Jos Geurts<br />Realistische bomen</i>]] |
| | | |
| Bomen zijn in model veel groter dan u denkt. | | Bomen zijn in model veel groter dan u denkt. |
| | | |
− | Voor dat u met het maken van modelbomen gaat beginnen, is het van belang dat u allereerst naar de natuur kijkt. Kleuren, vormen, maar vooral de hoogte van de bomen verdienen daarbij aandacht. Het is raadzaam foto's te maken.
| + | Voordat u met het maken van modelbomen gaat beginnen, is het van belang dat u allereerst naar de natuur kijkt. Kleuren, vormen, maar vooral de hoogte van de bomen verdienen daarbij aandacht. Het is raadzaam foto's te maken. |
| <br /> | | <br /> |
− | Handig is ook een boekje waarin bomen zijn afgebeeld zoals bijvoorbeeld Modelbahn Technik van Alba (ISBN 3-87094-414-5). | + | Handig is ook een boekje waarin bomen zijn afgebeeld, zoals Modellbahn Technik van Alba (ISBN 3-87094-414-5). |
| | | |
− | Bomen kunnen afhankelijk van de soort wel zo'n 50 meter hoog worden. Dergelijke grote bomen zullen echter op uw modelbaan niet passen, simpel omdat ze veel te groot en veel te overheersend zullen zijn. Het is dus van belang te zoeken naar een compromis. Gaat u uit van een verhouding van 1:100, dan komt u met een eik van 30 meter uit op zo'n 30 cm. Werkelijk op schaal 1:87, komt u uit op zo'n 34 cm. | + | Bomen kunnen, afhankelijk van de soort, ongeveer 50 meter hoog worden. Dergelijke grote bomen zullen echter op uw modelbaan niet passen, simpel omdat ze veel te groot en veel te overheersend zullen zijn. Het is dus van belang te zoeken naar een compromis. Gaat u uit van een verhouding van 1:100, dan komt u met een Eik van 30 meter uit op ongeveer 30 cm. Werkelijk op schaal 1:87, komt u uit op ongeveer 34 cm. |
− | <br /> | + | <br> |
| Is dat naar uw mening nog te groot, dan kunt u een verhouding aanhouden van driekwart van de schaalhoogte. In dit voorbeeld komt dit neer op 26 cm. | | Is dat naar uw mening nog te groot, dan kunt u een verhouding aanhouden van driekwart van de schaalhoogte. In dit voorbeeld komt dit neer op 26 cm. |
| | | |
Regel 67: |
Regel 60: |
| Doordat zelfs bomen waarbij concessies zijn gedaan aan de schaalhoogte, nog altijd zeer fors uitvallen, kunt u ze prima gebruiken om treinen te laten verdwijnen. Zie Rubriek [[E04.06 - Coulissen en verdwijnpunten]] (Het 'Bos'). | | Doordat zelfs bomen waarbij concessies zijn gedaan aan de schaalhoogte, nog altijd zeer fors uitvallen, kunt u ze prima gebruiken om treinen te laten verdwijnen. Zie Rubriek [[E04.06 - Coulissen en verdwijnpunten]] (Het 'Bos'). |
| | | |
− | Bedenk voordat u aan de slag gaat, welke boomsoort u wilt nabouwen. Daarbij kunnen allerlei overwegingen een rol spelen. Zo komen midden in de stad natuurlijk geen pijnbomen voor en ook berken zijn er zeldzaam. U zou dan beter kunnen denken aan een alleenstaande kastanje, iep of beuk. Langs landweggetjes daarentegen kom je populieren en wilgen tegen. Bepaalde soorten kom je daarbij vaak tegen in groepen, zoals pijnbomen, eiken en berken. Denk voor de Nederlandse verhoudingen ook eens aan knotwilgen langs sloten of aan leilinden bij de voorgevel van boerderijen. | + | Bedenk voordat u aan de slag gaat, welke boomsoort u wilt nabouwen. Daarbij kunnen allerlei overwegingen een rol spelen. Zo komen midden in de stad natuurlijk geen Pijnbomen voor en ook Berken zijn er zeldzaam. U zou dan beter kunnen denken aan een alleenstaande Kastanje, Iep of Beuk. Langs landweggetjes echter kom je Populieren en Wilgen tegen. Bepaalde soorten kom je daarbij vaak tegen in groepen, zoals Pijnbomen, Eiken en Berken. Denk voor de Nederlandse verhoudingen ook eens aan Knotwilgen langs sloten of aan Leilinden bij de voorgevel van boerderijen. |
| ---- | | ---- |
| <small><i>Meer informatie:</i></small> | | <small><i>Meer informatie:</i></small> |
E06.07 - Bomen en struiken - Vorige | Volgende - E06.07.02 - Natuurlijke materialen
Onder redactie van: BeneluxSpoor.net / Auteur: Hans van de Burgt
E06.07.01-01
Foto: Jos Geurts
Realistische bomen
Bomen zijn in model veel groter dan u denkt.
Voordat u met het maken van modelbomen gaat beginnen, is het van belang dat u allereerst naar de natuur kijkt. Kleuren, vormen, maar vooral de hoogte van de bomen verdienen daarbij aandacht. Het is raadzaam foto's te maken.
Handig is ook een boekje waarin bomen zijn afgebeeld, zoals Modellbahn Technik van Alba (ISBN 3-87094-414-5).
Bomen kunnen, afhankelijk van de soort, ongeveer 50 meter hoog worden. Dergelijke grote bomen zullen echter op uw modelbaan niet passen, simpel omdat ze veel te groot en veel te overheersend zullen zijn. Het is dus van belang te zoeken naar een compromis. Gaat u uit van een verhouding van 1:100, dan komt u met een Eik van 30 meter uit op ongeveer 30 cm. Werkelijk op schaal 1:87, komt u uit op ongeveer 34 cm.
Is dat naar uw mening nog te groot, dan kunt u een verhouding aanhouden van driekwart van de schaalhoogte. In dit voorbeeld komt dit neer op 26 cm.
In onderstaande tabel staan de schaalhoogte vermeld van diverse bekende boomsoorten in Europa:
Voorbeeld
|
1:87/ H0
|
|
|
(meter) |
(centimeter)
|
Berk |
25 |
29
|
Beuk |
40 |
46
|
Den |
40 |
46
|
Eik |
30 à 40 |
34 à 46
|
Els |
25 |
29
|
Es |
35 |
40
|
Esdoorn |
25 |
29
|
Iep |
35 |
40
|
Kastanje |
35 |
40
|
Knotwilg |
25 |
29
|
Larix |
35 |
40
|
Linde |
30 |
34
|
Plataan |
20 |
23
|
Populier |
50 |
57
|
Spar |
50 |
57
|
Wilg |
25 |
29
|
Doordat zelfs bomen waarbij concessies zijn gedaan aan de schaalhoogte, nog altijd zeer fors uitvallen, kunt u ze prima gebruiken om treinen te laten verdwijnen. Zie Rubriek E04.06 - Coulissen en verdwijnpunten (Het 'Bos').
Bedenk voordat u aan de slag gaat, welke boomsoort u wilt nabouwen. Daarbij kunnen allerlei overwegingen een rol spelen. Zo komen midden in de stad natuurlijk geen Pijnbomen voor en ook Berken zijn er zeldzaam. U zou dan beter kunnen denken aan een alleenstaande Kastanje, Iep of Beuk. Langs landweggetjes echter kom je Populieren en Wilgen tegen. Bepaalde soorten kom je daarbij vaak tegen in groepen, zoals Pijnbomen, Eiken en Berken. Denk voor de Nederlandse verhoudingen ook eens aan Knotwilgen langs sloten of aan Leilinden bij de voorgevel van boerderijen.
Meer informatie:
Kijk voor meer informatie over het maken van modelbomen:
- Loofbomen van ijzer- of koperdraad
E06.07 - Bomen en struiken - Vorige | Volgende - E06.07.02 - Natuurlijke materialen