Persoonlijke instellingen

Detectie van goederenwagens/rijtuigen: verschil tussen versies

Uit BeneluxSpoor.net - Encyclopedie
Ga naar: navigatie, zoeken
k
Regel 7: Regel 7:
 
{{Inhoudsopgave||Klein}}
 
{{Inhoudsopgave||Klein}}
  
=== Detectie van wagens/rijtuigen zonder verlichting ===
+
Bezetmelders die volgens het principe van [[Terugmelding en/of bezetmelding#Stroomdetectie|stroomdetectie]] werken, sturen een 'bezet'-signaal naar de centrale zodra een loc of treinstel met verlichting een gedetecteerde sectie inrijdt.
Bezetmelders, die volgens het principe van stroomdetectie werken, sturen een 'bezet'-signaal naar de centrale (bijvoorbeeld via S88), zodra een loc of treinstel een gedetecteerde sectie inrijdt. Ook wanneer een rijtuig met verlichting een gedetecteerde sectie inrijdt, zal de bezetmelder een 'bezet'-signaal naar de centrale sturen.<br />
 
Om wagens/rijtuigen zonder verlichting te kunnen detecteren, moeten er bij die wagens/rijtuigen weerstanden gemonteerd worden op de assen. Door die weerstanden (van 10k tot 22k) loopt een kleine stroom, die voldoende is om de bezetmelder te activeren. Daar er maar een heel klein stroompje loopt, kunnen de wielen vervuilen en is het noodzaak de wielen regelmatig te reinigen met bijv. wasbenzine, Glassex of een glasvezelpotlood.
 
  
 +
Voor '''detectie van goederenwagens/rijtuigen zonder verlichting''' moeten er weerstanden gemonteerd worden op de assen. Door die weerstanden (van 10k tot 22k) loopt dan een kleine stroom die voldoende is om de bezetmelder te activeren. Door het kleine stroompje kunnen de wielen echter vervuilen en het is dan nodig de wielen regelmatig schoon te maken met bijv. wasbenzine, Glassex of een glasvezelpotlood.
 
{| class="wikitable"
 
{| class="wikitable"
 
| valign='center'| [[Bestand:Let-op.jpg|50px|center]]<small>&nbsp;&nbsp;'''LET OP'''</small>||valign='top'|Wees voorzichtig bij het gebruik van een glasvezelpotlood.<br />Draag een mondkapje en een veiligheidsbril vanwege de minuscule deeltjes die bij het gebruik ervan vrijkomen!
 
| valign='center'| [[Bestand:Let-op.jpg|50px|center]]<small>&nbsp;&nbsp;'''LET OP'''</small>||valign='top'|Wees voorzichtig bij het gebruik van een glasvezelpotlood.<br />Draag een mondkapje en een veiligheidsbril vanwege de minuscule deeltjes die bij het gebruik ervan vrijkomen!
 
|-
 
|-
 
|}
 
|}
 
  
 
{{Afbeelding 2 naast elkaar  
 
{{Afbeelding 2 naast elkaar  
Regel 31: Regel 29:
 
|Type2= Tekening
 
|Type2= Tekening
 
}}
 
}}
 
  
 
=== Volledige detectie ===
 
=== Volledige detectie ===
In het programma 'Koploper' zit een optie voor volledige detectie van een trein.<br />
+
Het programma 'Koploper' heeft een optie voor volledige detectie van een trein. Om de wagens/rijtuigen volledig te kunnen detecteren dient er dan bij alle twee-assige wagens op elke as een weerstand (van 10k tot 22k) gemonteerd te worden (bij meer-assige wagens/rijtuigen moet dan één weerstand per draaistel gemonteerd worden). Door deze twee weerstanden 'ziet' de bezetmelder de wagens/rijtuigen al zodra één as in het blok is en geeft een bezetmelding door aan de centrale.
Om de wagens/rijtuigen te kunnen detecteren dient er dan bij alle twee-assige wagens op elke as een weerstand (van 10k tot 22k) gemonteerd te worden (bij meer-assige wagens/rijtuigen moet dan &eacute;&eacute;n weerstand per draaistel gemonteerd worden). Door deze weerstand(en) 'ziet' de bezetmelder ook de wagens/rijtuigen en geeft een bezetmelding door aan de centrale.
 
 
 
  
 
=== Montage van de weerstand ===
 
=== Montage van de weerstand ===
Regel 47: Regel 42:
 
|Positie= Links
 
|Positie= Links
 
}}
 
}}
Gebruik koolfilm- of metaalfilmweerstanden van 0,10 watt, of SMD-weerstanden. Bij de koolfilm- of metaalfilmweerstand maakt u de draden op lengte en buigt u de draden zodaning dat ze het wiel en de as raken. Voordat u de weerstand aanbrengt, de oppervlakken van as en wiel plaatselijk goed ontvetten en schuren (korrel 400). Lijm de weerstand met een klein druppeltje secondenlijm op zijn plaats. Breng daarna op de plaats waar de draden de as of het wiel raken (of aan de uiteinden van de SMD-weerstand, zie afbeelding 03) een druppeltje Busch Silberleitlack of Bison Elektro-kit aan. Zorg er voor dat u het flesje zeer grondig schud, om de zilverdeeltjes goed door de lijm te verspreiden.<br clear="all" />
+
Gebruik koolfilm- of metaalfilmweerstanden van 0,10 W, of SMD-weerstanden. Maak bij de draden op lengte en buig ze zodanig dat ze het wiel en de as raken. Voordat de weerstand wordt aangebracht de oppervlakken van as en wiel plaatselijk goed ontvetten en schuren (korrel 400). Lijm de weerstand met een klein druppeltje secondelijm vast. Breng daarna op de plaats waar de draden de as of het wiel raken (of aan de uiteinden van de SMD-weerstand, zie afbeelding 03) een druppeltje Busch ''Silberleitlack'' of Bison Elektro-kit aan. Schud het flesje zeer grondig om de zilverdeeltjes goed door de lijm te verspreiden.<br clear="all" />
 
 
  
 
=== Stroomverbruik ===
 
=== Stroomverbruik ===
Wanneer u veel wagens/rijtuigen op de rails hebt rijden of staan (bijv. niet gebruikte stilstaande wagens/rijtuigen op opstelsporen), kost dat een aanzienlijke hoeveelheid 'digitale stroom'. Bij het berekenen van de stroomsterkte maken we gebruik van de formule: I = U / R. Bij &eacute;&eacute;n weerstand van 10k loopt er een stroom van 18 Volt / 10000 = 0,0018 amp&egrave;re (1,8 milliamp&egrave;re). Wanneer u materieel heeft met bijv. in totaal 200 assen, die allen voorzien zijn van een 10k-weerstand, loopt er dus in totaal 0,36 amp&egrave;re (360 milliamp&egrave;re) 'digitale' stroom door de assen. Het is dus zaak om zo weinig mogelijk gedetecteerde assen te hebben.
+
Wanneer er veel wagens/rijtuigen rijden of staan, kost dat een aanzienlijke hoeveelheid 'digitale stroom', ook als een trein niet rijdt, loopt er stroom door de weerstanden. De totale stroom kan berekend worden met de formule I = U / R. Bij één weerstand van 10k en een spanning van 18 V loopt er een stroom van 18 / 10000 = 0,0018 A (1,8 mA). Als het materieel in totaal 200 assen heeft die allen voorzien zijn van een 10k-weerstand, loopt er dus 200 x zo veel, in totaal 0,36 A (360 mA) 'digitale' stroom door de assen. Het is dus zaak om zo weinig mogelijk gedetecteerde assen te hebben.
  
De auteur heeft daarom uitgetest of volledige detectie ook werkte met maar &eacute;&eacute;n weerstand per wagen/rijtuig en dat bleek tot volle tevredenheid te werken. Op deze manier verbruikt het materieel bijna de helft minder 'digitale stroom'. Hierdoor komt het moment dat u een (extra) booster aan moet gaan schaffen een stuk verder weg te liggen.
+
Uit testen blijkt dat detectie ook al werkte met maar één weerstand per wagen/rijtuig/draaistel. Op deze manier verbruikt het materieel bijna de helft minder 'digitale stroom'. Hierdoor komt het moment dat een (extra) booster aangeschaft moet worden een stuk verder weg te liggen en het is de helft minder werk.
  
 
{{Afbeelding 2 naast elkaar  
 
{{Afbeelding 2 naast elkaar  
Regel 69: Regel 63:
 
}}
 
}}
  
 +
Een gewone (niet SMD) weerstand monteren, werkt heel wat sneller dan de methode met een SMD-weerstand. Door de assen om-en-om in de wagen te zetten (de ene as-isolatie links en de andere rechts), kan met één weerstand per wagen/rijtuig de detectie plaatsvinden (zie afbeelding 04 en 05).
  
Een gewone weerstand monteren, werkt heel wat sneller dan de methode met een SMD-weerstand op een as monteren. Door de assen om- en om in de wagen te zetten (de ene as-isolatie links en de andere rechts), kan met &eacute;&eacute;n weerstand per wagen/rijtuig de detectie plaatsvinden (zie afbeelding 04 en 05).<br />
+
Aan de weerstand is aan één zijde een stukje blank draad gesoldeerd en de beide uiteinden zijn om de assen gewonden. Een stukje schuimplastic drukt de weerstand tegen de assen, zodat er altijd goed contact is. Om te zorgen dat er een beetje speling tussen de draad en de as zit, kan tijdelijk een stukje in de lengte ingesneden isolatiekous om de as gedaan worden en de draad om de isolatiekous. Daarna de isolatiekous weer verwijderen.
Aan de weerstand is aan &eacute;&eacute;n zijde een stukje blank draad gesoldeerd, en de beide uiteinden zijn om de assen gewonden. Een stukje schuimplastic drukt de weerstand tegen de assen, zodat er altijd goed contact is. Om te zorgen dat er een beetje speling tussen de draad en de as zit, kunt u tijdelijk een stukje in de lengte ingesneden dunne isolatiekous om de as doen en daarna de draad om de as winden. Daarna de isolatiekous weer verwijderen.
 
 
 
  
 
=== Weerstandslak ===
 
=== Weerstandslak ===
In plaats van weerstanden kunt u ook weerstandslak toepassen, zoals Wire Glue (Conrad best.nr.588328-89). Deze weerstandslak bevat gemalen koolstof (Carbon). Weerstandslak is heel gemakkelijk aan te brengen, maar u moet op een aantal zaken letten:
+
In plaats van weerstanden kan ook weerstandslak zoals ''Wire Glue'' toegepast worden (Conrad best.nr.588328-89). Deze weerstandslak bevat gemalen koolstof. Weerstandslak is heel gemakkelijk aan te brengen, maar er moet op een aantal zaken gelet worden;
 
+
* de oppervlakken waar de lak op komt moeten goed ontvet en eventueel geschuurd worden
* Voordat u de weerstandslak aanbrengt moet u de oppervlakken, waar de lak op komt, goed ontvetten en eventueel schuren.
+
* schud het flesje zeer grondig om de geleidende deeltjes goed door de lak te verspreiden.
* Zorg ervoor dat u het flesje zeer grondig schudt, om de geleidende deeltjes goed door de lak te verspreiden.
+
* laat de aan gebrachte lak goed drogen (er wordt meestal óf te veel, óf te weinig aanebracht).
* Laat het eerst goed drogen.
+
* meet met een universeelmeter de weerstandswaarde (na voldoende droogtijd). De weerstandswaarde moet 10k-22k zijn.
* U brengt meestal &ograve;f te veel aan, &ograve;f te weinig.
+
* de uiteindelijke weerstandswaarde is nog aan te passen door weerstandslak te verwijderen of extra toe te voegen. Bij te hoge weerstandswaarde werkt de detectie niet en bij te lage waarde gaat er onnodig 'digitale stroom' verloren. Enig regelwerk is dus noodzakelijk.
* Met een universeelmeter meet u, <u>na voldoende droogtijd</u>, de weerstandswaarde.
 
* De uiteindelijke weerstandswaarde kunt u aanpassen door zonodig weerstandslak te verwijderen of extra toe te voegen.
 
 
 
Bij te hoge weerstandswaarde werkt de detectie niet en bij te lage waarde gaat er onnodig 'digitale stroom' verloren. Enig regelwerk is dus noodzakelijk.
 
 
 
  
 
{{Linkssectie begin
 
{{Linkssectie begin

Versie van 17 feb 2022 om 12:34

Hoofdpagina  Categorie-index  Index  Menu
Vorige | Volgende

Onder redactie van: BeneluxSpoor.net / Auteur: Fred Eikelboom


Bezetmelders die volgens het principe van stroomdetectie werken, sturen een 'bezet'-signaal naar de centrale zodra een loc of treinstel met verlichting een gedetecteerde sectie inrijdt.

Voor detectie van goederenwagens/rijtuigen zonder verlichting moeten er weerstanden gemonteerd worden op de assen. Door die weerstanden (van 10k tot 22k) loopt dan een kleine stroom die voldoende is om de bezetmelder te activeren. Door het kleine stroompje kunnen de wielen echter vervuilen en het is dan nodig de wielen regelmatig schoon te maken met bijv. wasbenzine, Glassex of een glasvezelpotlood.

Let-op.jpg
  LET OP
Wees voorzichtig bij het gebruik van een glasvezelpotlood.
Draag een mondkapje en een veiligheidsbril vanwege de minuscule deeltjes die bij het gebruik ervan vrijkomen!


Wagendetectie01.gif Wagendetectie02.gif
Afbeelding: 01 Afbeelding: 02
Weerstand op een as gemonteerd SMD-weerstand op een as gemonteerd
Tekening gemaakt door: Fred Eikelboom Tekening gemaakt door: Fred Eikelboom

Volledige detectie

Het programma 'Koploper' heeft een optie voor volledige detectie van een trein. Om de wagens/rijtuigen volledig te kunnen detecteren dient er dan bij alle twee-assige wagens op elke as een weerstand (van 10k tot 22k) gemonteerd te worden (bij meer-assige wagens/rijtuigen moet dan één weerstand per draaistel gemonteerd worden). Door deze twee weerstanden 'ziet' de bezetmelder de wagens/rijtuigen al zodra één as in het blok is en geeft een bezetmelding door aan de centrale.

Montage van de weerstand

Weerstand-as-Henk01.png
Afbeelding: 03
Gemonteerde SMD-weerstand
Foto gemaakt door: Henk van der Velden (BNLS-forumgebruiker)

Gebruik koolfilm- of metaalfilmweerstanden van 0,10 W, of SMD-weerstanden. Maak bij de draden op lengte en buig ze zodanig dat ze het wiel en de as raken. Voordat de weerstand wordt aangebracht de oppervlakken van as en wiel plaatselijk goed ontvetten en schuren (korrel 400). Lijm de weerstand met een klein druppeltje secondelijm vast. Breng daarna op de plaats waar de draden de as of het wiel raken (of aan de uiteinden van de SMD-weerstand, zie afbeelding 03) een druppeltje Busch Silberleitlack of Bison Elektro-kit aan. Schud het flesje zeer grondig om de zilverdeeltjes goed door de lijm te verspreiden.

Stroomverbruik

Wanneer er veel wagens/rijtuigen rijden of staan, kost dat een aanzienlijke hoeveelheid 'digitale stroom', ook als een trein niet rijdt, loopt er stroom door de weerstanden. De totale stroom kan berekend worden met de formule I = U / R. Bij één weerstand van 10k en een spanning van 18 V loopt er een stroom van 18 / 10000 = 0,0018 A (1,8 mA). Als het materieel in totaal 200 assen heeft die allen voorzien zijn van een 10k-weerstand, loopt er dus 200 x zo veel, in totaal 0,36 A (360 mA) 'digitale' stroom door de assen. Het is dus zaak om zo weinig mogelijk gedetecteerde assen te hebben.

Uit testen blijkt dat detectie ook al werkte met maar één weerstand per wagen/rijtuig/draaistel. Op deze manier verbruikt het materieel bijna de helft minder 'digitale stroom'. Hierdoor komt het moment dat een (extra) booster aangeschaft moet worden een stuk verder weg te liggen en het is de helft minder werk.


Wagendetectie03.gif Wagendetectie04.gif
Afbeelding: 04 Afbeelding: 05
Weerstand tussen twee assen gemonteerd Schematische weergave van afbeelding 04
Foto gemaakt door: Fred Eikelboom Tekening gemaakt door: Fred Eikelboom

Een gewone (niet SMD) weerstand monteren, werkt heel wat sneller dan de methode met een SMD-weerstand. Door de assen om-en-om in de wagen te zetten (de ene as-isolatie links en de andere rechts), kan met één weerstand per wagen/rijtuig de detectie plaatsvinden (zie afbeelding 04 en 05).

Aan de weerstand is aan één zijde een stukje blank draad gesoldeerd en de beide uiteinden zijn om de assen gewonden. Een stukje schuimplastic drukt de weerstand tegen de assen, zodat er altijd goed contact is. Om te zorgen dat er een beetje speling tussen de draad en de as zit, kan tijdelijk een stukje in de lengte ingesneden isolatiekous om de as gedaan worden en de draad om de isolatiekous. Daarna de isolatiekous weer verwijderen.

Weerstandslak

In plaats van weerstanden kan ook weerstandslak zoals Wire Glue toegepast worden (Conrad best.nr.588328-89). Deze weerstandslak bevat gemalen koolstof. Weerstandslak is heel gemakkelijk aan te brengen, maar er moet op een aantal zaken gelet worden;

  • de oppervlakken waar de lak op komt moeten goed ontvet en eventueel geschuurd worden
  • schud het flesje zeer grondig om de geleidende deeltjes goed door de lak te verspreiden.
  • laat de aan gebrachte lak goed drogen (er wordt meestal óf te veel, óf te weinig aanebracht).
  • meet met een universeelmeter de weerstandswaarde (na voldoende droogtijd). De weerstandswaarde moet 10k-22k zijn.
  • de uiteindelijke weerstandswaarde is nog aan te passen door weerstandslak te verwijderen of extra toe te voegen. Bij te hoge weerstandswaarde werkt de detectie niet en bij te lage waarde gaat er onnodig 'digitale stroom' verloren. Enig regelwerk is dus noodzakelijk.

Meer informatie

Encyclopedie
Beneluxspoor.net:
over opstelsporen.
Externe websites (meer over terugmelding/bezetmelding):
Sjabloon:Link Karst Drenth/Wim Ros
Avontuur in miniatuur (Huib Maaskant)
Paco Canada. GenLI-S88.




Hoofdpagina  Categorie-index  Index  Menu
Vorige | Volgende
Contact met de redactie: Contact met de redactie