Persoonlijke instellingen

Overige masten en portalen: verschil tussen versies

Uit BeneluxSpoor.net - Encyclopedie
Ga naar: navigatie, zoeken
k
k
Regel 111: Regel 111:
 
{{Link Forum-Meerkeuze
 
{{Link Forum-Meerkeuze
 
|Volgnr = 158
 
|Volgnr = 158
|ExtraInfo= over drie-scharnier portalen voor schaal H0.
+
|ExtraInfo= over drie-scharnier portalen van Wim Mesu voor schaal H0.
 
}}
 
}}
 
{{Linkssectie einde
 
{{Linkssectie einde

Versie van 16 okt 2017 om 13:00

Hoofdpagina  Categorie-index  Index  Menu
Vorige | Volgende

Onder redactie van: BeneluxSpoor.net / Auteur: Hans van de Burgt


Drie-scharnierportaal uit 1934—1935

Bij de elektrificatie van de Lijn Schiedam — Hoek van Holland werd in de jaren 1934-1935 een bijzonder fraai ogende constructie toegepast, het zogenaamde 'drie-scharnierportaal'. Het werd ontwikkeld in verband met de slappe ondergrond. De funderingen werden onderling overdwars gekoppeld met een zogenaamde koppelstaaf. Helaas zijn deze portalen in de jaren'80 gesloopt en vervangen door DIN-portalen.

Zeer Groot
Afbeelding: 01
Drie-scharnierportaal
Tekening gemaakt door: Hans van de Burgt

Het drie-scharnierportaal in model

Leeg plaatje.gif
Afbeelding: 02
Plaatjes-upload werkt niet.
Foto gemaakt door: Wim Mesu

Wim Mesu levert de drie-scharnier portalen voor schaal H0 (zie: 'Meer informatie').

Brabantse betonportalen

In het vorige artikel werd uitvoerig stil gestaan bij de Gotische bogen, ook wel drie-scharnierportalen genoemd. Na de oorlog werd voornamelijk in Noord-Brabant een nieuw type ontwikkeld, het gewapende betonportaal. Op de trajecten Breda — Dordrecht — Boxtel (1950) en Eindhoven — Helmond — Venlo (1956) zijn deze portalen nog steeds in gebruik.

De palen werden gemaakt van zogenaamd slingerbeton. Soortgelijke palen werden voorheen ook gebruikt voor de bovenleiding van diverse interlokale tramlijnen. Omdat deze palen in Arkel werden vervaardigd, worden ze ook wel 'Arkelpalen' genoemd. De betonportalen kenmerken zich door een licht gebogen bovenbalk met trekstang. De palen vertoonden de neiging tot scheuren, maar hadden wel het grote voordeel dat ze geen schilderwerk vereisten.

Zeer Groot
Afbeelding: 03
Brabantse betonportaal (Arkelpaal)
Tekening gemaakt door: Hans van de Burgt

Betonportalen Oost-Nederland

In 1951 werden de Lijnen ten Oosten en Noorden van Amersfoort, de Lijn Arnhem — Zwolle en de Lijn Nijmegen — Wijchen voorzien van portalen van voorgespannen beton. Een techniek die ook werd toegepast in de bruggenbouw. De palen bestaan uit een omgekeerde V-vorm, de bovenbalk bestaat uit een omgekeerde U-vormige ligger. Betonnen palen en -balken bleken een groot nadeel te hebben. Onder invloed van weer-en-wind kon het beton beschadigd raken, waardoor de betonwapening bloot kwam te liggen. Deze gaat dan roesten, en roest zet uit, zeker bij voorgespannen beton (dit verweringsproces noemt men: betonrot). Als gevolg daarvan zijn de bovenliggers soms vervangen door een normale DIN-balk.

Zeer Groot
Afbeelding: 04
Betonportaal uit voorgespannen beton
Tekening gemaakt door: Hans van de Burgt

De zeer filigraan uitgevoerde masten zijn moeilijk zelf te maken, anders dan met behulp van de etstechnieken zoals besproken in het artikel Etsen van messing (zie: 'Meer informatie'). Als alternatief kunt u gebruik maken van de masten (cat.nr. 4120) van Viessmann. Hiervoor hebt u per portaal twee van deze masten nodig. Van beide masten moet het moderne uitleggerpakket verwijderd worden. Vervolgens verbindt u de masten onderling met een messing kokerprofiel van 0,25 mm × 0,25 mm.

U mist dan wel de fraaie zigzag-constructie van het grote voorbeeld (Zie hiervoor het artikel Zelfbouw bovenleidingsystemen bij 'Meer informatie'.
Om het beeld compleet te maken, geeft u masten en bovenligger een betonkleurtje.

Kokerbalkportaal

Op emplacementen en bij Stations moeten vaak drie- , vier- of nog meer sporen overspannen worden met bovenleidinginstallaties. Voor de Tweede Wereldoorlog werden daarvoor in de regel draadjukken gebruikt. Deze draadjukken bestonden uit zeer zware palen, die aan de buitenzijde van de sporen werden geplaatst. In Utrecht werden palen gebruikt van circa meter hoog, die een slordige 75 meter konden overbruggen. Soms kan men deze palen nog terugvinden als lichtmasten.

Na de oorlog werden de draadjukken meer-en-meer vervangen door kokerbalkportalen. Deze komen in twee basisvormen voor:

  • met de draagkabel bovenlangs
  • met de draagkabel onderlangs

De laatste, veel zwaarder uitgevoerde vorm, is onder andere te zien op het (vernieuwde) emplacement van het Centraal Station te Eindhoven.

In onderstaande schaaltekeningen staan beide typen weergegeven. De maatvoering (gebaseerd op Fleischmann Profi-Rail) vraagt hier om een compromis. De zigzagconstructie is zo getekend dat deze in lijn ligt met het midden van het spoor en de isolator van de draagkabel. Bij de railgeometrie van andere modelspoorfabrikanten, moet het zigzagpatroon dus eigenlijk aangepast worden.

De kokerbalkconstructie met de draagkabel bovenlangs (zie tekening 05), is vaak te zien in de groene kleurstelling. Dat is niet het geval bij de kokerbalkconstructie onderlangs (zie tekening 06). Die ziet men uitsluitend in gegalvaniseerde vorm.

Kokerbalk-A.png
Afbeelding: 05
Kokerbalk met de draagkabel bovenlangs
Tekening gemaakt door: Hans van de Burgt


Kokerbalk-B.png
Afbeelding: 06
Kokerbalk met de draagkabel onderlangs
Tekening gemaakt door: Hans van de Burgt

Meer informatie

Encyclopedie:
Beneluxspoor.net:
over drie-scharnier portalen van Wim Mesu voor schaal H0.



Hoofdpagina  Categorie-index  Index  Menu
Vorige | Volgende
Contact met de redactie: Contact met de redactie 

Laatste wijziging: 15 okt 2017 19:14 (CEST)