Persoonlijke instellingen

Raillassen en overgangsrails: verschil tussen versies

Uit BeneluxSpoor.net - Encyclopedie
Ga naar: navigatie, zoeken
k
k
Regel 14: Regel 14:
  
 
=== Raillassen ===
 
=== Raillassen ===
Op de plaats waar twee spoorstaven met elkaar verbonden zijn, zorgt een raillas er voor dat beide (achter elkaar liggende) spoorstaven in elkaars verlengde- én op gelijke hoogte blijven. De raillassen maken het tevens mogelijk dat de spoorstaven bij uitzetten of krimpen enigszins in lengte-richting kunnen bewegen. Daarvoor moet tussen beide spoorstaven (aan de kopse kant) een stukje vrije ruimte, ongeveer ter dikte van een stukje A4-papier, aanwezig zijn. Bij modelspoor vervult de raillas tevens de functie van doorverbinding voor de (digitale of analoge) spanning op de rails.
+
Op de plaats waar twee spoorstaven met elkaar verbonden zijn, zorgt een raillas er voor dat beide (achter elkaar liggende) spoorstaven in elkaars verlengde- én op gelijke hoogte blijven. De raillassen maken het tevens mogelijk dat de spoorstaven bij het uitzetten of krimpen enigszins in lengte-richting kunnen bewegen. Daarvoor moet tussen beide spoorstaven (aan de kopse kant) een stukje vrije ruimte, ongeveer ter dikte van een stukje A4-papier, aanwezig zijn. Bij modelspoor vervult de raillas tevens de functie van doorverbinding voor de (digitale of analoge) spanning op de rails.
  
  
Regel 471: Regel 471:
 
|Maker= Fred Eikelboom
 
|Maker= Fred Eikelboom
 
}}
 
}}
 +
  
 
=== Spoorspatting ===
 
=== Spoorspatting ===
Regel 478: Regel 479:
  
 
=== De tussenruimte tussen de spoorstaven ===
 
=== De tussenruimte tussen de spoorstaven ===
De meeste rails zijn gemaakt van nieuwzilver, en dat heeft een uitzettingscoëfficient van 17 per miljoen per graad Celsius.
+
De meeste rails zijn gemaakt van nieuwzilver, en dat heeft een uitzettingscoëfficient van 17 per miljoen per graad Celsius. In het meest extreme geval is het temperatuurverschil 40 graden Celsius. Dan zal de spoorstaaf per meter 17×40/1000000 = 0,00068 meter = 0,68 mm uitzetten. Bij flexrails kunt u dus tussen twee lengtes 0,7 mm aanhouden. Maar die maat geldt dus wanneer het bij het leggen van de rails nul graden is. Bij 20 graden is 0,35 mm genoeg (zie ook: tabel 23). Wanneer u tijdens een hittegolf rails legt kunt u ze gewoon tegen elkaar leggen. De tussenruimte controleert u met een voelermaatje.
In het meest extreme geval is het temperatuurverschil 40 graden Celsius. Dan zal de spoorstaaf per meter 17×40/1000000 = 0,00068 meter = 0,68 mm uitzetten. Bij flexrails kunt u dus tussen twee lengtes 0,7 mm aanhouden. Maar die maat geldt dus wanneer het bij het leggen van de rails nul graden is. Bij 20 graden is 0,35 mm genoeg (zie ook: tabel 23). Wanneer u tijdens een hittegolf rails legt kunt u ze gewoon tegen elkaar leggen. De tussenruimte controleert u met een voelermaatje.
 
  
 
Bij het toepassen van standaard schaal H0 rails, met een lengte van ongeveer 23 cm (Roco G1), kunt u bij kamertemperatuur volstaan met een tussenruimte van 0,35/(1000/230)=0,35/4,35= 0,08 mm, afgerond naar boven 0,1 mm.
 
Bij het toepassen van standaard schaal H0 rails, met een lengte van ongeveer 23 cm (Roco G1), kunt u bij kamertemperatuur volstaan met een tussenruimte van 0,35/(1000/230)=0,35/4,35= 0,08 mm, afgerond naar boven 0,1 mm.
Regel 512: Regel 512:
 
|Link= Flexrails
 
|Link= Flexrails
 
|Linknaam= over Flexrails
 
|Linknaam= over Flexrails
 +
}}
 +
{{Link intern
 +
|Link= Het gewicht van wagen- en rijtuigmodellen
 +
|Linknaam= Het gewicht van wagen- en rijtuigmodellen
 
}}
 
}}
 
{{Link intern
 
{{Link intern
Regel 529: Regel 533:
 
|Linknaam= Rail (spoorstaaf), hoogte en materiaal
 
|Linknaam= Rail (spoorstaaf), hoogte en materiaal
 
}}
 
}}
 +
 
{{Link intern
 
{{Link intern
 
|Link= Schalen
 
|Link= Schalen

Versie van 10 apr 2016 om 16:37

Hoofdpagina  Categorie-index  Index  Menu
Vorige | Volgende

Onder redactie van: BeneluxSpoor.net / Auteur: Fred Eikelboom - Update door Fred Eikelboom


Railsystemen

Railsystemen zijn in Europa meestal in mm ontworpen. Tegenwoordig gebruiken we in Europa ook Amerikaanse coderingen, waarbij sprake is van kleine afwijkingen. Code 83 (Tillig Elite, exact 83/1000 van een inch) is wat anders dan 2,1 mm (Rocoline), maar in de praktijk merkt u geen verschil. Om 2,5 mm 'code 100' te noemen is eigenlijk al onzin.

Om het vergelijken tussen de verschillende systemen te vergemakkelijken zijn de mm-maten van de Europese systemen omgerekend naar de hoogte volgens de Amerikaanse code. Deze omgerekende hoogten zijn tussen haakjes geplaatst.


Raillassen

Op de plaats waar twee spoorstaven met elkaar verbonden zijn, zorgt een raillas er voor dat beide (achter elkaar liggende) spoorstaven in elkaars verlengde- én op gelijke hoogte blijven. De raillassen maken het tevens mogelijk dat de spoorstaven bij het uitzetten of krimpen enigszins in lengte-richting kunnen bewegen. Daarvoor moet tussen beide spoorstaven (aan de kopse kant) een stukje vrije ruimte, ongeveer ter dikte van een stukje A4-papier, aanwezig zijn. Bij modelspoor vervult de raillas tevens de functie van doorverbinding voor de (digitale of analoge) spanning op de rails.


Bij het aanleggen van de modeltreinbaan kan het voorkomen dat u een stuk rails moet inkorten. Het is dan een goede gewoonte de reeds gebruikte raillas niet op het afgezaagde stuk rails te monteren, maar deze te vervangen door een nieuwe raillas. U bent dan verzekerd van een stevige verbinding en een goed elektrisch contact.

Ook bij het toepassen van flexrails moet er wel eens een stuk rails ingekort worden. Ook dan is sterk aan te raden om alléén nieuwe raillassen toe te passen.

Diverse fabrikanten leveren raillassen:


Raillassen schaal Z:

Merk Nummer Spoorstaafhoogte code Spoorstaafhoogte (mm) Opmerkingen
Peco SL-210 60 - Ook geschikt voor schaal N-6.5
Tabel: 01
Tabel gemaakt door: Fred Eikelboom


Raillassen schaal N:

Merk Nummer Spoorstaafhoogte code Spoorstaafhoogte (mm) Opmerkingen
Fleischmann 22213 (83) 2,1 Fleischmann N, Roco N en Roco H0e
Tabel: 02
Tabel gemaakt door: Fred Eikelboom


Raillassen schaal TT:

Merk Nummer Spoorstaafhoogte code Spoorstaafhoogte (mm) Opmerkingen
Tillig 86102 (83) 2,1 -
Tabel: 03
Tabel gemaakt door: Fred Eikelboom


Raillassen schaal H0:

Merk Nummer Spoorstaafhoogte code Spoorstaafhoogte (mm) Opmerkingen
Fleischmann 6404 (106) 2,7 Modell-gleis
Peco SL-110 75 - -
Peco SL-8310 83 - -
Peco SL-10 100 - -
Piko 55290 (100) 2,5 A-gleis
Roco 42610 (83) 2,1 Roco-Line en GeoLine
Lima * (106) 2,7 (het oudste type rails)
Lima * (100) 2,5 (het nieuwere type rails)
Lima * (83) 2,1 Nova
Tillig 85301 83 - Elite
Tabel: 04
Tabel gemaakt door: Fred Eikelboom


*) Raillassen van Lima zijn niet meer leverbaar. U kunt echter gerust raillassen van een ander merk toepassen. U heeft bijv. Lima rails code 100. U neemt dan raillassen code 100 van bijv. Fleischmann. Mochten de raillassen niet strak genoeg zitten, dan vòòr het monteren iets aanknijpen met een tang.


Raillassen schaal H0e:

Merk Nummer Spoorstaafhoogte code Spoorstaafhoogte (mm) Opmerkingen
Fleischmann 22213 (83) 2,1 Roco H0e (zie ook: 'Raillassen schaal N')
Roco 32413 (83) 2,1 -
Tabel: 05
Tabel gemaakt door: Fred Eikelboom


Raillassen schaal 0:

Merk Nummer Spoorstaafhoogte code Spoorstaafhoogte (mm) Opmerkingen
Lenz 45090 - 3,75 Standaard rails
Tabel: 06
Tabel gemaakt door: Fred Eikelboom


Raillassen schaal 1:

Merk Nummer Spoorstaafhoogte code Spoorstaafhoogte (mm) Opmerkingen
Märklin 59095 - - -
Peco SL-810 - - -
Tabel: 07
Tabel gemaakt door: Fred Eikelboom


Raillassen schaal G:

Merk Nummer Spoorstaafhoogte code Spoorstaafhoogte (mm) Opmerkingen
Piko 35290 - - -
Tabel: 08
Tabel gemaakt door: Fred Eikelboom


Isolatie-raillassen

Wanneer u geïsoleerde secties maakt voor het detecteren van locs/treinen, dient u stukken spoorstaaf elektrisch van elkaar te isoleren. Dit doet u met kunststof isolatie-raillassen (kortweg isolatielassen genoemd).

Piko isolatielas-01.jpg
Afbeelding: 09
Isolatie-raillassen
Bron: Conrad.nl


De isolatielassen komen op de plaats van de metalen raillassen. Werkwijze: de metalen raillas met een kombinatietang verwijderen door de raillas in de lengterichting van de spoorstaaf te trekken. Wanneer u de rails ingekort (doorgezaagd/doorgeslepen) heeft, is het zaak om de spoorstaaf te controleren op braampjes en deze eventueel te verwijderen. Deze braampjes kunnen kortsluiting van de las veroorzaken en de oorzaak zijn van het niet detecteren van rollend materieel. Daarna de isolatielas op de spoorstaaf drukken en de rails aan elkaar koppelen.
Voor het isoleren van Märklin C-rails verwijzen wij u graag naar het artikel Isoleren van Märklin C-rails (zie: Meer informatie).

Diverse fabrikanten leveren isolatielassen:


Isolatielassen schaal N:

Merk Nummer Spoorstaafhoogte code Spoorstaafhoogte (mm) Opmerkingen
Fleischmann 9403 (83) 2,1 -
Peco SL-311 55 en 80 - -
Tabel: 10
Tabel gemaakt door: Fred Eikelboom


Isolatielassen schaal TT:

Merk Nummer Spoorstaafhoogte code Spoorstaafhoogte (mm) Opmerkingen
Tillig 07940 - - -
Tabel: 11
Tabel gemaakt door: Fred Eikelboom


Isolatielassen schaal H0:

Merk Nummer Spoorstaafhoogte code Spoorstaafhoogte (mm) Opmerkingen
Fleischmann 6403 (106) 2,7 Modellgleis
Fleischmann 6433 (100) 2,5 Profi-gleis
Micro Engineering 26-056 55 - -
Micro Engineering 26-071 70 - -
Micro Engineering 26-084 83 - -
Peco SL-11 100 en 124 - -
Peco SL-111 75 - -
Peco SL-8311 83 - -
Piko 55291 (100) 2,5 A-gleis
Roco 42611 (83) 2,1 Roco-Line
Roco 61192 (83) 2,1 Geoline
Tillig 85502 83 - Elite
Tabel: 12
Tabel gemaakt door: Fred Eikelboom


Isolatielassen schaal H0e:

Merk Nummer Spoorstaafhoogte code Spoorstaafhoogte (mm) Opmerkingen
Roco 32414 - 2,1 -
Tabel: 13
Tabel gemaakt door: Fred Eikelboom


Isolatielassen schaal 0:

Merk Nummer Spoorstaafhoogte code Spoorstaafhoogte (mm) Opmerkingen
Atlas ATL07093 - - -
Tabel: 14
Tabel gemaakt door: Fred Eikelboom


Isolatielassen schaal G:

Merk Nummer Spoorstaafhoogte code Spoorstaafhoogte (mm) Opmerkingen
LGB 10260 - - -
Micro Engineering 26-334 232 - -
Micro Engineering 26-252 250 - -
Peco SL-911 250 - -
Piko 35292 - - -
Tabel: 15
Tabel gemaakt door: Fred Eikelboom


Om verschillende soorten en/of merken rails op elkaar aan te kunnen sluiten kunt u gebruikmaken van overgangsrails of overgangslassen.

Overgangsrails

Overgangsrails zijn kant-en-klare rails om verschillende railssoorten te koppelen.
Diverse fabrikanten leveren hiervoor materiaal:


Overgangsrails schaal H0:

Merk Nummer Spoorstaafhoogte Opmerkingen
Märklin 2291 2,7 naar 2,5 Van M-rails naar K-rails
Märklin 24922 2,5 naar 2,3 van K-rails naar C-rails
Märklin 24951 2,7 naar 2,3 Van M-rails naar C-rails
Piko 55207 2,5 naar 2,5 Van oude Piko holprofiel-rails naar Piko A-gleis
Piko 55208 2,5 naar 2,5 Universele overgangsrails
Piko 55294 2,5 naar 2,1 Van Piko A-gleis naar Roco-Line en Tillig-Elite
Piko 61120 2,5 naar 2,1 Van Roco-Line met bedding naar Roco GeoLine
Tabel: 16
Tabel gemaakt door: Fred Eikelboom

De Piko 55207 overgangsrails zorgt voor een overgang van holprofielrails naar normaalprofiel rails.



Overgangsraillassen

Piko overgangsraillas-01.jpg
Afbeelding: 17
Overgangs-raillas
Bron: Conrad.nl


Wanneer u twee verschillende railhoogtes aan elkaar wilt koppelen (bijv. Code 75 en Code 100), moet u er voor zorgen dat de spoorstaafkoppen (bovenkanten van de spoorstaven) op dezelfde hoogte liggen, zodat de wielen van het materieel soepel en zonder stoten over de las kunnen rollen. Bij het toepassen van de standaard raillassen bij twee verschillende spoorstaafhoogtes, krijgt u echter een hoogteverschil ter plaatse van de spoorstaafkoppen (zie: tekening 18).

Rail overgang-01.gif Rail overgang-02.gif
Afbeelding: 18 Afbeelding: 19
Spoorstaafkoppen ongelijk met standaard raillas Spoorstaafkoppen gelijk met overgangsraillas
Tekening gemaakt door: Fred Eikelboom Tekening gemaakt door: Fred Eikelboom


U moet dan speciale overgangsraillassen toepassen die het hoogteverschil overbruggen. Na het aanbrengen van de overgangsraillassen zal er onder de onderzijde van één van de rails, naast de las een kleine ruimte ontstaan (zie: tekening 19). Deze ruimte moet u opvullen, om te voorkomen dat bij bijv. het schoonmaken van de rails, of wanneer u per ongeluk met uw hand op de rails leunt, de rails verzakt, anders loopt u het risico dat de verbinding na verloop van tijd minder stevig wordt en als gevolg daarvan het elektrische contact van de lasverbinding minder wordt. Een reepje papier of strookje polystyreen met de juiste dikte onder de vrijhangende rails leggen is daarvoor de oplossing. Ook kan de vrije ruimte onder de rails opgevuld worden met houtlijm.

Diverse fabrikanten leveren overgangslassen:


Overgangsraillassen schaal N:

Merk Nummer Spoorstaafhoogte Opmerkingen Materiaal
Fleischmann 22240 2,1 naar ? Van Fleischmann N naar het Arnold railssysteem Metaal
Tabel: 20
Tabel gemaakt door: Fred Eikelboom


Overgangsraillassen schaal H0:

Merk Nummer Van spoorstaafhoogte Naar spoorstaafhoogte Materiaal
Atlas ATL 551 83 100 Metaal
Fleischmann 3436 serie 6000 Serie 6100 en als verbinding tussen de flexrails 6106 Metaal
Fleischmann 3437 2,5 2,1 Metaal
Micro Engineering 26-001 100 83 Kunststof
Micro Engineering 26-002 100 70 Kunststof
Micro Engineering 26-003 83 70 Kunststof
Micro Engineering 26-004 80 55 Kunststof
Micro Engineering 26-005 70 55 Kunststof
Peco PCO 112 75 100 Metaal
Piko 55293 Piko A-gleis, 2,5 Roco, Fleischmann en Mehano Metaal
Roco 42612 2,5 RocoLine zonder bedding, 2,1 Metaal
Tabel: 21
Tabel gemaakt door: Fred Eikelboom


Overgangsraillassen schaal G:

Merk Nummer Van spoorstaafhoogte code Naar spoorstaafhoogte code Materiaal
Micro Engineering 26-006 332 250 Metaal
Micro Engineering 26-002 100 70 Metaal
Tabel: 22
Tabel gemaakt door: Fred Eikelboom


Spoorspatting

Bij temperatuurstijging zullen de spoorstaven uitzetten. De mate van uitzetting is afhankelijk van het materiaal. Wanneer de spoorstaven uitzetten, en er niet voldoende ruimte is tussen de spoorstaven, zullen er op een gegegeven ogenblik zodanig grote krachten ontstaan dat de rails van zijn plaats schiet. Dit verschijnsel heet spoorspatting.


De tussenruimte tussen de spoorstaven

De meeste rails zijn gemaakt van nieuwzilver, en dat heeft een uitzettingscoëfficient van 17 per miljoen per graad Celsius. In het meest extreme geval is het temperatuurverschil 40 graden Celsius. Dan zal de spoorstaaf per meter 17×40/1000000 = 0,00068 meter = 0,68 mm uitzetten. Bij flexrails kunt u dus tussen twee lengtes 0,7 mm aanhouden. Maar die maat geldt dus wanneer het bij het leggen van de rails nul graden is. Bij 20 graden is 0,35 mm genoeg (zie ook: tabel 23). Wanneer u tijdens een hittegolf rails legt kunt u ze gewoon tegen elkaar leggen. De tussenruimte controleert u met een voelermaatje.

Bij het toepassen van standaard schaal H0 rails, met een lengte van ongeveer 23 cm (Roco G1), kunt u bij kamertemperatuur volstaan met een tussenruimte van 0,35/(1000/230)=0,35/4,35= 0,08 mm, afgerond naar boven 0,1 mm.

Lengte (mm) Tussenruimte (mm)
1000 0,35
230 0,10
58 0,025
Tabel: 23
Tabel gemaakt door: Fred Eikelboom


Bij het toepassen van isolatielassen dient u er rekening mee te houden dat er aan de isolatielas een aanslagnokje zit (zie: afbeelding 09). Dit zorgt er voor dat de (in elkaars verlengde liggende) spoorstaven niet tegen elkaar komen. Hier dient u dus te zorgen voor een iets grotere tussenruimte (gewenste tussenruimte plus dikte van aanslagnokje), zodat de spoorstaaf ongehinderd kan uitzetten.



Meer informatie

Encyclopedie:
Sjabloon:Link Atlas-MeerkeuzeSjabloon:Link conradSjabloon:Link PikoSjabloon:Link Roco
Beneluxspoor.net:
over spoorspatting.
Externe websites:
Richtlijnen:
Spoorwijdtes.
Spoorstaafhoogte-tabellen Grootspoor (pdf).
Spoorstaafhoogte-tabellen Modelspoor (pdf).


Gerelateerde termen: Marklin, Maerklin, Mærklin



Hoofdpagina  Categorie-index  Index  Menu
Vorige | Volgende
Contact met de redactie: Contact met de redactie