Rijdraden, kopen of makenUit BeneluxSpoor.net - Encyclopedie
Onder redactie van: BeneluxSpoor.net / Auteur: Jan Willem Penris - Bewerkt door Hans van de Burgt
RijdraadU bespaart uzelf heel veel werk door gebruik te maken van de zeer dunne 'Profi Fahrdraht' van Sommerfeldt. Deze heeft een doorsnede van slechts 0,5 mm. De hangdraad zelfs van 0,35 mm. Maar..., voor de die-hards onder u bespreken we in dit artikel hoe u de rijdraden zelf kunt maken. Hoogte van de rijdraadDe belangrijkste maat bij een bovenleiding is de afstand tussen de rijdraad en de bovenkant van het spoor (BS). Zoals eerder aangegeven is deze steeds 63 mm, conform de norm vastgelegd in NEM 201. In werkelijkheid hangt de rijdraad zigzaggend boven het spoor. Houd de rijdraad maximaal vier à vijf mm wisselend links- en rechts vanuit het midden van het spoor. De afwijking is echter zo gering dat u de rijdraad ook precies in het midden kunt houden. Wel moet u de zijwaartse uithouder aan de Y-vormige hangsteun om-en-om naar links en naar rechts hangen. In een boog worden deze uithangers altijd aan de buitenzijde van de boog bevestigd, zodat de rijdraad naar buiten wordt getrokken. Rijdraden makenDraadsoort Gebruik een Co2-Lasdraad met een dikte van 0,6 mm. Deze is verkrijgbaar bij hobby- en ijzerwarenzaken, op rolletjes van enkele tientallen meters voor ongeveer €10 à €15. Draadbewerking Monteer een bankschroefje op tafel met in de bek een schroefoogje wat iets wordt opengebogen. Dit oogje dient horizontaal te zitten. Plaats een zelfde oogje in de boormachine (ook opengebogen) en knip een stuk draad af van ± 110 cm. Steek het uiteinde van boven af door het oogje in de bankschroef en buig het naar u toe, zodat het scherpe puntje naar uzelf wijst. (zie pijlen in onderstaande figuur).
Buig het uiteinde daarna over de draad heen, en dan naar beneden, zodat wederom het puntje van de draad naar beneden wijst. Doe hierna hetzelfde bij het oogje in de boormachine. Trek nu de draad voorzichtig strak, zodat deze recht komt. Let op!... niet met geweld strak trekken. Laat de boormachine met een matig toerental, zo ongeveer 2000 toeren per minuut, draaien en de draad zal zich nu gaan opdraaien (tornen). Houd tijdens het draaien duim en wijsvinger ongeveer 10 cm van de boormachine op de draad, alleen om te geleiden. Gebleken is dat wanneer de draad breekt hij niet meteen weg vliegt. Verder blijft onderstaande veiligheidswaarschuwing van kracht (zie: Disclaimer).
Laat na ±15 seconden de boormachine stoppen (nog steeds de draad strak houden) en laat deze vervolgens met de hand een slag of tien terug draaien. TIP: Hoe langer de draad is, hoe langer de draaitijd. Dit moet u proefondervindelijk vaststellen. Het terugdraaien hoeft geen hele omwentelingen per slag te zijn. Het is wel een beetje te zien aan de andere zijde. Zodra aan de bankschroefzijde de draad ook de andere kant op gaat, is het voldoende. Hierna de draad aan de zijde van de boormachine en daarna aan de andere zijde afknippen. Houd tijdens het afknippen de draad op ongeveer 10 cm van de boorkop vast. Hierdoor springt hij niet weg. Mocht er in het midden toch een soort grote slinger in de draad komen, dan moet de boormachine nog iets verder worden teruggedraaid. Dit is namelijk de voorspanning van het tornen en die moet er even uit, voordat er geknipt wordt. Even oefenen geeft een goed resultaat. Wanneer de draad mooi recht is, kunt u hem bijvoorbeeld opbergen in een daarvoor aangeschafte waterleidingbuis. Maak draden nooit langer dan 120 cm. In de praktijk zult u immers nooit langere draden nodig hebben dan 100 cm. Bovendien wordt het werken met langer draden onevenredig moeilijker. Het instellen van de malVoor we met het solderen beginnen stellen we de mal in op de hart-op-hart-afstand van de bovenleidingmasten minus vijf à zes cm. Stel de hart-op-hart-afstand is 40 cm, dan wordt de eerste malhouder (= hangdraad) op 2,5 cm van het begin van de draad geplaatst. Oversteek I 2 ½ I 5 I 5 I 5 I 5 I 5 I 5 I 5 I 2 ½ I Oversteek. In het echt is de afstand tussen twee portalen ongeveer 70 à 75 meter op de vrije baan. Het aantal hangdraden wat er verticaal tussen zit is ongeveer 13 stuks. We praten in model dan over ongeveer 80 cm hart-op-hart!! We hebben eerder al aangegeven dat een afstand van 40 cm op een modelspoorbaan zo ongeveer het maximum zal zijn. Op Stations en bij overwegen, hangt de rijdraad aan wel twee maal zoveel hangdraden. Met dit gegeven kunt u zelf uitrekenen hoeveel hangdraden er nodig zijn. Bovenstaand schema heeft alleen betrekking op de mogelijkheden. Ga in ieder geval uit van een afstand van vijf cm. tussen de hangdraden. De oversteek is om de draad na montage langs een andere draad te kunnen leggen en dan iets omhoog te kunnen buigen, zodat ook wanneer de bovenleiding zakt, de pantograaf niet blijft haken. Dit komt bijvoorbeeld voor als u de ene module met een andere wilt verbinden. Let wel op de totale lengte van de overspanning, deze varieert nogal eens en dan geeft de afstand tussen de hangdraden gauw een probleem. Deze gaan dan doorzakken. Voorbereiden van het solderenStel dat de gemeten hart-op-hart-afstand tussen drie masten = 40 cm. Zorg er dan voor dat de rijdraden een lengte hebben van 35 cm + aan beide zijden een oversteek van minstens 2,5 cm.
De mal heeft slechts een lengte van ongeveer 50 cm. Bij langere rijdraden steken deze dus over de mal heen. In dat geval moet u, wanneer u links begint met solderen, de draad aan de rechterzijde ondersteunen. Anders drukt het overhangende deel de draad aan de linkerzijde weer omhoog uit de mal. Dit haakse deel wordt tussen de beide rijdraden gelegd (zie: tekening 02). Dit geeft meer stevigheid en u hoeft aan de onderzijde geen punten af te slijpen. Het solderenHet solderen zelf is simpel. Eerst legt u èèn rijdraad in de mal. Daarna legt u de hangdraden er dwars op met het gebogen deel tussen de rijdraden. Dan neemt u een satèprikker (een lange) en doopt deze in de S-39.
Sommige mensen gebruiken liever soldeervet (soldeerpasta), maar in verband met het goed vloeien onder de verbindingen door, is een vloeistof wel zo handig (zie het artikel over solderen. TIP: Het verdient aanbeveling het potje met S-39 in een plastic bakje te zetten, zodat wanneer het toevallig omvalt, het niet alles onder smeert. Ook is het handig wanneer het potje niet helemaal vol is. Hoe dieper u de satèprikker in de S-39 doopt, hoe meer er aan de prikker zit en meestal kunt u dat niet zien. Soldeer hierna (met soldeer en soldeerbout) beide draden aan elkaar en let er op het soldeer ook aan de onderste draad (de rijdraad) zit. Begin met het aansolderen altijd bij de tweede hangdraad. Begint u bij de eerste, dan drukt u namelijk gemakkelijk de rest van de draden uit de mal. Buig een U-vorm van een afvalstukje draad om bij de volgende soldeergang te helpen. TIP: Buig de uiteinden van de U-vorm omhoog. Hierdoor kunt u hem gemakkelijk van tafel oppakken. Leg nu de tweede rijdraad over de al gesoldeerde verbinding, parallel aan de eerste rijdraad. Eerst weer de gang met de satèprikker maken en er op letten dat er voldoende S-39 aanwezig is. Hierna met het gebogen U-tje om de tweede hangdraad beide draden in de mal gedrukt houden. Soldeer aantippen en de soldeerbout op de hangdraad en tegen de (bovenkant) van de 'bovenste' rijdraad zetten. Het soldeer zal nu vanzelf doorvloeien tot aan de 'onderste' rijdraad. Let er op dat de druk van het U-tje niet te groot is, daar anders de draden niet evenwijdig lopen. Na het uitharden van de eerste las in de tweede malhouder zult u zien, dat de draden al redelijk vast in de mal liggen. Nadat deze soldeergang is afgemaakt, volgt de draagkabel-draad. De draagkabel-draad kunt u er zo inleggen en vastsolderen. TIP: Houd de draad aan een zijde vast, trek dan met de duim en wijsvinger van de andere hand èèn keer langs de draad. Door nu duim en wijsvinger niet geheel op elkaar te plaatsen, maar net iets naast elkaar, komt er een flauwe bocht in de draad. Een soort 'voorbocht'. Nu past hij ook zonder problemen in de mal en dit heeft als bijkomend voordeel, dat wanneer de draad boven de baan hangt en door de pantografen omhoog wordt gedrukt, deze voorspanning er voor zorgt dat er tegendruk is, waardoor hij niet zover omhoog komt. (Grotere lengtes hart-op-hart = grotere uitslag = minder bocht). Ook verdient het aanbeveling de draagkabel-draad wat verder te laten oversteken. Het solderen neemt weer een aanvang met de prikker. Opletten dat de vloeistof goed onder de kruising doorloopt daar er maar èèn draad gesoldeerd wordt. Met de soldeerbout even het soldeer aantippen, zodat er wat aan de bout zit en deze op de kruising van de draden houden. Als er voldoende S-39 op zit, kruipt het soldeer onder de hangdraad door en maakt een keurige verbinding. Ook weer bij de tweede hangdraad beginnen. Na afloop de draad uit de mal halen en controleren of de verbindingen niet te iel gesoldeerd zijn. De afwerkingNadat de diverse lengtes gemaakt zijn, moeten deze worden gereinigd. Dat kan met een oude tandenborstel en zeep en vooral warm water. Beter is een bakje te construeren, bijvoorbeeld een aquarium van glas of wat ze daar tegenwoordig voor gebruiken. De afmetingen hiervan hoeven niet zo groot als een aquarium te zijn: Een lengte van 50 cm, een breedte van 10 cm en een hoogte van plusminus vijf cm moet volstaan. Dan kunt u de draden erin leggen, warm water erin, plus een beetje WC-eend en dan een nacht laten staan. Dan wordt het vanzelf schoon. Wel naspoelen met voldoende schoon water. Daarna - wanneer alles droog is - moeten de diverse uit-stekende delen nog worden afgeknipt. Zet hierin een grote, vooral dikke afbraamschijf. Laat de machine veel toeren maken en houd de bovenleiding met de onderzijde plat op de schijf. Na enig oefenen lukt het zonder uw vingers te branden. TIP: Door het afslijpen wordt de draad heet, hierdoor kan de soldeerverbinding losraken! De afbraamschijf zal na verloop van tijd vol gaan zitten met soldeerrestjes. Dit kunt u er weer afhalen door deze met wat S-39 te bevochtigen en dan met een schone soldeerbout als het ware op te zuigen. MontageWanneer de montage op de baan plaatsvindt, zal er ook gesoldeerd moeten worden. TIP: Let op de hart-op-hart-afstand van pantograaf tot draaistel/assen. In verband met het omzwaaien van de bak in wissels en bogen, komt de pantograaf nog wel eens buiten de draad. Dit komt relatief vaker voor bij treinstellen. Tijdens het solderen is het handig een bakje bij de hand te hebben met warm zeepwater, of nog beter WC-eend, om de soldeerpunten meteen van eventuele S-39 te ontdoen. Ook als u het niet met S-39 soldeert, dan kan het in ieder geval geen kwaad om na afloop de lasjes te reinigen. Neem hiervoor een laag bakje dat precies onder het portaal kan staan en gebruik voor het reinigen een zachte tandenborstel. SchilderenEventueel schilderen van de draad kan - direct na het gladslijpen - met bijvoorbeeld een spuitbusje. Na het solderen op de baan moet u de lassen ook met verf behandelen, anders wordt de draad roestig.
Disclaimer
Meer informatie
|