Stootjuk met schakelaar: verschil tussen versiesUit BeneluxSpoor.net - Encyclopedie
Versie van 16 nov 2013 om 16:14
Onder redactie van: BeneluxSpoor.net / Auteur: Fred Eikelboom
Wanneer u op uw baan een kopspoor heeft met aan het eind een stootjuk, zoals bijvoorbeeld in Programmeerspoor koppelen aan de hoofdbaan (Tweerail) en Programmeerspoor koppelen aan de hoofdbaan (Drierail) (zie: 'Meer informatie'), kan het voorkomen dat een loc niet tijdig stopt en tegen het stootjuk rijdt. Dat is zeer slecht voor de motor en de aandrijving. Om nu te voorkomen dat de motor van een loc door blijft draaien, wanneer de loc tegen het stootjuk aanrijdt, kan het volgende gedaan worden; Onder het stootjuk wordt een mini-schakelaar met daarnaast een relais gemonteerd (zie S4 in bovenstaande artikelen). De schakelaar wordt bediend door een scharnierende hefboom, welke met het stootjuk verbonden is. Wanneer dan onverhoopt een loc te ver doorrijdt, wordt de schakelaar bediend en valt de voedingspanning voor de loc weg. Het toegepaste stootjuk is een Roco 42608, artkelnummer 214534-89 van Conrad, dat op de rails geklemd wordt en over de rails kan glijden.
Het scharnier voor de hefboom bestaat uit een boutje, twee ringetjes en twee moertjes (zie: foto 01). Deze zijn bevestigd aan een stukje aluminium strip, dat haaks omgebogen is en op het printje bevestigd is. Op de foto is ook een klein ringetje te zien, dat later om de hefboom komt. De hefboom die de schakelaar bedient, is in zig-zag vorm gebogen (zie: foto 02). Hierdoor wordt de effectieve lengte van de hefboom groter en kan de hefboom beter doorveren. Het uiteinde van de hefboom valt in het gaatje waar u normaliter een schroefje ter borging van het stootjuk indraait.
De schakelaar wordt ingedrukt door een ringetje (is links-voor op foto 03 te zien), dat om de hefboom geschoven is en vastgesoldeerd is. De twee moertjes van het scharnier zijn tegen het stukje aluminium strip vastgedraaid, zodat de zaak niet los kan werken. Het printje waarop het relais en de hefboom gemonteerd zijn, is voorzien van soldeerpennen, waarop stekers geschoven kunnen worden (zie: foto 04). Mocht er onverhoopt eens iets mis zijn met het relais of de mini-schakelaar, dan kan eenvoudig de bedrading afgekoppeld worden, om de zaak te kunnen herstellen. De aansluitingen zijn gemarkeerd met viltstift, en ook in het schema aangegeven. Dat voorkomt dat u later lang moet zoeken, naar 'hoe het ook al weer zat'.
Het stootjuk in ruststand. Onder de treintafel zit een kleine spiraalveer aan de hefboom (zie; foto 05). Deze veer zorgt ervoor, dat straks na het wegrijden van de loc, het juk weer in de beginpositie terugkomt. De loc is tegen het juk aangereden, en heeft het juk ongeveer 2 à 3 mm opgeschoven (zie: foto 06). Hierdoor word de schakelaar ingedrukt en klapt het relais om. Het stuk spoor waar de loc op staat is nu spanningloos. De spanning kan via een drukschakelaar (welke bijvoorbeeld op de treintafel op een bedieningspaneel zit), weer ingeschakeld worden t.b.v. het wegrijden van de loc. Het schema van de bijbehorende schakeling staat in de artikelen over het programmeerspoor koppelen, hieronder bij 'Meer informatie'. Het gaat dan om Re3, S3 en S4.
Meer informatie
|