Persoonlijke instellingen

Wissels digitaliseren: verschil tussen versies

Uit BeneluxSpoor.net - Encyclopedie
Ga naar: navigatie, zoeken
k
Regel 16: Regel 16:
 
Als de wissels nog geen aandrijving hebben moeten deze eerst elektrisch aangedreven worden. De fabrikanten van railsystemen, zoals Roco, Fleischmann, Piko, Märklin leveren eigen aandrijvingen voor hun wissels. Daarnaast zijn er diverse andere leveranciers, zoals Hoffmann, Conrad, Tortoise die universele wisselaandrijvingen leveren, deze kunnen meestal zonder echte aanpassingen aan de wissel gebruikt worden. Wisselaandrijvingen zijn te onderscheiden in een aantal groepen.Iedereen heeft meestal een persoonlijke voorkeur om voor een bepaald type en merk wisselaandrijving te kiezen.
 
Als de wissels nog geen aandrijving hebben moeten deze eerst elektrisch aangedreven worden. De fabrikanten van railsystemen, zoals Roco, Fleischmann, Piko, Märklin leveren eigen aandrijvingen voor hun wissels. Daarnaast zijn er diverse andere leveranciers, zoals Hoffmann, Conrad, Tortoise die universele wisselaandrijvingen leveren, deze kunnen meestal zonder echte aanpassingen aan de wissel gebruikt worden. Wisselaandrijvingen zijn te onderscheiden in een aantal groepen.Iedereen heeft meestal een persoonlijke voorkeur om voor een bepaald type en merk wisselaandrijving te kiezen.
  
::*[[#Spoelmagneetaandrijvingen|Spoelmagneetaandrijving]]
+
::*[[#Magneetspoelaandrijvingen|Magneetspoelaandrijving]]
 
::*[[#Motoraandrijvingen|Motoraandrijvingen]]
 
::*[[#Motoraandrijvingen|Motoraandrijvingen]]
 
::*[[#Servoaandrijvingen|Servoaandrijvingen]]
 
::*[[#Servoaandrijvingen|Servoaandrijvingen]]
Regel 32: Regel 32:
 
| <i><small>E10.04-07 </small></i><br />
 
| <i><small>E10.04-07 </small></i><br />
 
|-
 
|-
| <i><small>voorbeeld spoelmagneetaandrijving</small></i>
+
| <i><small>voorbeeld Magneetspoelaandrijving</small></i>
 
| <i><small>voorbeeld motoraandrijving</small></i>
 
| <i><small>voorbeeld motoraandrijving</small></i>
 
| <i><small>voorbeeld servoaandrijving</small></i>
 
| <i><small>voorbeeld servoaandrijving</small></i>
Regel 43: Regel 43:
 
|}
 
|}
  
==== Spoelmagneetaandrijvingen ====
+
==== Magneetspoelaandrijvingen ====
 
Dit type wordt geleverd door de meeste fabrikanten van Railsystemen. Bij dit type aandrijving wordt het wissel omgezet door het activeren van een spoel met een stroompuls. Het omzetten van het wissel gebeurd meestal met een "klap", die goed hoorbaar is.
 
Dit type wordt geleverd door de meeste fabrikanten van Railsystemen. Bij dit type aandrijving wordt het wissel omgezet door het activeren van een spoel met een stroompuls. Het omzetten van het wissel gebeurd meestal met een "klap", die goed hoorbaar is.
  
Regel 82: Regel 82:
  
 
==== Hulpschakeling motoraandrijvingen aansluiten op magneetspoeldecoders ====
 
==== Hulpschakeling motoraandrijvingen aansluiten op magneetspoeldecoders ====
Met een kunstgreep is het mogelijk om wisselmotoraandrijvingen aan te sluiten op een normale spoelmagneetwisseldecoder. Deze hulpschakeling staat hier beschreven:[[E10.04.01 - Hulpschakeling motorwisselaandrijvingen]]
+
Met een kunstgreep is het mogelijk om wisselmotoraandrijvingen aan te sluiten op een normale magneetspoelwisseldecoder. Deze hulpschakeling staat hier beschreven:[[E10.04.01 - Hulpschakeling motorwisselaandrijvingen]]
  
 
==== Hoeveel wisselaandrijvingen op één decoder? ====
 
==== Hoeveel wisselaandrijvingen op één decoder? ====

Versie van 4 mei 2010 om 20:47

E10.03 - Handmatig digitaal rijden - Vorige | Volgende - E10.05 - Terugmelding

Onder redactie van: BeneluxSpoor.net / Auteur: Remco Poppen & Ronald Koerts

35px


Nu we handmatig digitaal kunnen rijden, willen we dit een beetje uitbreiden, we willen graag de wissels digitaal bedienen. Om wissels te 'digitaliseren' hebben we een aantal onderdelen nodig:

Deze twee onderdelen samen zorgen ervoor dat we de wissels vanaf de centrale digitaal kunnen bedienen.

Wisselaandrijving

Als de wissels nog geen aandrijving hebben moeten deze eerst elektrisch aangedreven worden. De fabrikanten van railsystemen, zoals Roco, Fleischmann, Piko, Märklin leveren eigen aandrijvingen voor hun wissels. Daarnaast zijn er diverse andere leveranciers, zoals Hoffmann, Conrad, Tortoise die universele wisselaandrijvingen leveren, deze kunnen meestal zonder echte aanpassingen aan de wissel gebruikt worden. Wisselaandrijvingen zijn te onderscheiden in een aantal groepen.Iedereen heeft meestal een persoonlijke voorkeur om voor een bepaald type en merk wisselaandrijving te kiezen.


DigitaalMagneetspoel.jpg DigitaalTortoise.jpg DigitaalServouh.jpg Info wissel geheugendraad 1 2.gif
E10.04-04 E10.04-06 E10.04-05 E10.04-07
voorbeeld Magneetspoelaandrijving voorbeeld motoraandrijving voorbeeld servoaandrijving principe geheugendraadaandrijving
Bron: Roco.cc Bron: Circuitron.com Bron: Uhlenbrock.de Getekend door Huib Maaskant

Magneetspoelaandrijvingen

Dit type wordt geleverd door de meeste fabrikanten van Railsystemen. Bij dit type aandrijving wordt het wissel omgezet door het activeren van een spoel met een stroompuls. Het omzetten van het wissel gebeurd meestal met een "klap", die goed hoorbaar is.

Motoraandrijvingen

Bij dit type van aandrijving zorgt een motortje voor het omzetten van het wissel. In de praktijk wordt voor motoraandrijvingen gekozen omdat deze:

  • Goekoper in aanschaf dan magneetspoelaandrijvingen
  • Meestal betrouwbaarder dan magneetspoelaandrijvingen
  • Snelheid omzetten is meestal aan te passen.

Servoaandrijvingen

Het omzetten van een wissel met een servo wordt steeds populairder. De benodigde servo's worden steeds betaalbaarder en kosten meestal niet meer dan een motoraandrijving. Daarnaast kan je is de servo heel stil en is op een aantal punten heel nauwkeurig af te stellen zoals de uitslag en de snelheid.

Geheugendraadaandrijving

De stilste aandrijving van alle aandrijvingen. Hierbij wordt gebruikt gemaakt van de ' geheugen'-functie van dat draad. Bij het onder spanning zetten van deze draad zal deze verkorten. Na het verbreken van de spanning zal het geheugendraad weer terug gaan in zijn oude vorm. Sinds kort levert Viessmann ook deze vorm van aandrijvingen kant en klaar. Omdat deze vorm van wissels omzetten vooral zelfbouw is, is deze minder geschikt voor de echte beginner. Voor informatie over geheugendraad-aandrijving zie: E11.14 - Toepassing geheugenmetaal

Zichtbaar of onder de vloer?

Dat hangt af van de situatie waar je de aandrijving nodig hebt. Voor het schaduwstation is het niet erg als er wisselaandrijvingen zichtbaar zijn. Voor gedeeltes waar de toeschouwer naar kijkt is het mooier dat de aandrijving niet of nauwelijks zichtbaar is. De meeste magneetspoelaandrijvingen kunnen op twee manieren gemonteerd worden. Zichtbaar langs het wissel of omgedraaid 'onzichtbaar' langs de wissel. De meeste motoraandrijving, servoaandrijvingen en geheugendraadaandrijvingen kunnen meestal onder de wissel gemonteerd worden.

Wisseldecoder

Om de wissels vanaf de centrale te kunnen om te zetten hebben we een decoder nodig. Deze decoder luistert naar de commando's van de centrale. In de praktijk noemen we dit dan ook een wisseldecoder. Het type decoder dat je nodig hebt is afhankelijk van het type wisselaandrijving dat je hebt. Net als bij het soorten wisselaandrijvingen heb je daarvoor ook de bijhorende wisseldecoder. Dus een servoaandrijving kan alleen met een servowisseldecoder aangestuurd worden.

DigitaalWisseldecoder.jpg Digitaal67800.jpg DigitaalLdtwisseldec.jpg
Roco 10775 8-voudige magneetspoeldecoder Uhlenbrock 67800 4-voudige servodecoder LDT MDEC Decoder 4-voudige magneetspoel/motordecoder
E10.04-01
Bron: Roco.cc
E10.04-02
Bron: Uhlenbrock.de
E10.04-03
Bron: Conrad.nl

Digitaal signaal

Om te kunnen communiceren en de commando's van de centrale te kunnen begrijpen moeten de wisseldecoders en de centrale hetzelfde protocol hebben. Dit is de 'taal' die de onderdelen onderling spreken. Er zijn veel protocollen die gebruikt worden maar de twee belangrijkste zijn het Motorola-protocol (afgekort MM) en het DCC-protocol.

Hulpschakeling motoraandrijvingen aansluiten op magneetspoeldecoders

Met een kunstgreep is het mogelijk om wisselmotoraandrijvingen aan te sluiten op een normale magneetspoelwisseldecoder. Deze hulpschakeling staat hier beschreven:E10.04.01 - Hulpschakeling motorwisselaandrijvingen

Hoeveel wisselaandrijvingen op één decoder?

Tegenwoordig zijn de wisseldecoders in alle maten te krijgen. Je hebt wisseldecoders die maar één wisselaandrijving kunnen omzetten tot wisseldecoder die 8 aansluitingen hebben. Een beetje is afhankelijk van hoe het ontwerp van de baan is. Heb je veel wissels bij elkaar liggen dan kan je goed werken met een wisseldecoder met 8 aansluitingen want dan hoef je niet zo heelveel lange draden te trekken. Liggen je wissels ver uit elkaar dan kan je beter met wisseldecoders werken die minder aansluitingen hebben dan hoef je minder lange draden te trekken.

Aansluiten wisseldecoders

Om te kunnen werken heeft een wisseldecoder twee zaken nodig: Commando's van de centrale en spanning om te werken. Bij veel wisseldecoders zitten daarom twee aparte aansluitingen voor deze twee zaken.

Digitale spanning aansluiting

Deze aansluiting is op iedere wisseldecoder aanwezig. Deze aansluiting zijn meestal rood en bruin van kleur of hebben de letters J en K. De decoder ontvangt op deze aansluiting de digitale signalen van de centrale. Bij sommige wisseldecoders zorgt deze aansluiting ook meteen voor de schakelstroom voor het laten werken van de wisselaandrijvingen. Let op! Deze draden zijn ook aangesloten op de rails en hebben gewoon digitale spanning.

Hulpspanning aansluiting

Deze aansluiting is niet altijd aanwezig bij wisseldecoders. Dan is de digitale spanning aansluiting de enige aansluiting op de wisseldecoder. Deze gebruikt dan ‘dure’ digitale spanning voor het laten werken van de wisselaandrijvingen. Daar in tegen hebben veel wisseldecoders een extra aansluiting om daar eventueel een aparte standaard (wisselstroom) (trein)transformator aan te sluiten. De reden is hiervoor dat een digitale booster duurder is dan een standaard (trein)transformator Dan worden de wisselaandrijvingen met de “goedkopere” standaard stroom gevoed.

Overzicht schema aansluiten wisseldecoders

Hieronder staat een algemeen schema hoe wisseldecoders worden aangesloten. De meeste wisseldecoders zijn aan te sluiten volgens methode 2 of methode 3. De Roco wisseldecoder 10775 is alléén met methode 1 aan te sluiten, deze heeft namelijk geen extra aansluitingen voor aparte voeding van de wissels. Deze worden gevoed door de spanning op de baan.

Aansl-wiss-dec-rk.jpg
E10.04-08
schema aansluiten wisseldecoders

Mogelijk probleem met programmeren

Het kan zijn dat een wisseldecoder voor het DCC-protocol niet goed reageert op het programmeren of juist helemaal niet wil programmeren. Dan kan het een oplossing zijn om de draden van de digitaal signaal om te wisselen. Dit komt door interpretatie van DCC-protocol door de fabrikant.

Daadwerkelijk wissels schakelen

Zoals locomotieven luisteren naar adressen, zo luistert ook de wisseldecoder naar adressen. Deze adressen moeten we programmeren. Op vrijwel alle gangbare wisseldecoders bevind zich een programmeerknopje. Als je dit knopje indrukt, en een wisselcommando geeft op een bepaald adres, worden alle wisseladressen van die decoder geprogrammeerd.

Voorbeeld:

We gaan in dit voorbeeld een viervoudige wisseldecoder programmeren.

  1. Sluit de wisseldecoder volgens de handleiding aan.
  2. Voor het aanzetten van alle systemen goed controleren of alles aangesloten is.
  3. Je drukt het programmeerknopje in. De meeste decoders hebben minimaal 1 wisselaandrijving op de eerste aansluiting nodig om te kunnen programmeren.
  4. Je selecteert wisseladres 5 en geeft het commando om te schakelen. De decoder zal er op reageren met de eerste aandrijving, en vanaf dat moment zijn de adressen ingesteld.
  5. De eerste aandrijving is adres 5, de tweede aandrijving is adres 6, de derde is 7 en de vierde is 8.
  6. Als je daarna nòg een wisseldecoder wilt programmeren moet je die dus niet op adres 6 programmeren, maar op adres 9!  Want anders krijg je een overlap en zullen twee of meer wissels tegelijk gaan reageren.

Nu zijn we in staat handmatig digitaal te rijden met gedigitaliseerde wissels!

Waar moet ik op letten bij het kopen?

De keuze voor een bepaalde wisselaandrijving en wisseldecoder is puur een eigen keuze. Het is natuurlijk afhankelijk van het beschikbare budget. In ieder geval moet u op de volgende dingen letten bij het kopen:

  1. Kan de wisselaandrijving uw wissels omzetten?
  2. Past de wisseldecoder bij de wisselaandrijving? Bijvoorbeeld een motorwisseldecoder bij een motorwisselaandrijving.
  3. Is de decoder geschikt voor het juiste digitale protocol c.q. signaal? Bijvoorbeeld Motorola of DCC

Als u deze bovenstaande punten met 'ja' beantwoorden dan weet u zeker dat u de juiste wisselaandrijving en wisseldecoder voor uw digitale systeem koopt.


E10.03 - Handmatig digitaal rijden - Vorige | Volgende - E10.05 - Terugmelding