Persoonlijke instellingen

Het locdepot

Uit BeneluxSpoor.net - Encyclopedie
Ga naar: navigatie, zoeken
E07.01.06 - Goederen op het station - Vorige | Volgende - E07.01.07.01 Het stoomlocomotievendepot

Onder redactie van: BeneluxSpoor.net / Auteur: Ronald Koerts


Nu hebben veel stations geen uitgebreide mogelijkheid meer om het materieel te verzorgen. Dit omdat het meeste materieel in gespecialiseerde werkplaatsen onderhouden wordt. Vroeger had bijna ieder groter station een plaats om het materieel te verzorgen.

Het diverse materieel zoals stoomlocomotieven, diesellocomotieven, accutreinen en elektrische locomotieven, vragen om hun eigen voorzieningen.

Dit verzorgen bestond uit het innemen van kolen en water voor de stoomlocomotieven en diesel voor de diesellocomotieven en treinstellen. Met de elektrificatie bij de Nederlandse spoorwegen zijn bijna alle kleine depots verdwenen en vervangen door enkele grote werkplaatsen.

Stoomlocomotieven.

Deze type locomotieven hebben behoorlijk wat verzorging nodig. Voordat een locomotief kan gaan rijden moet je een aantal stappen doorlopen. Een stoomlocomotief had een vast depot vanuit iedere dienst begon en eindigde. In Nederland zijn bij de diverse museumspoorlijnen nog stoomdepots aanwezig, voor meer informatie: E07.01.07.01 Het stoomlocomotievendepot. Bij grotere stoomlocomotievendepots werden de loodsen rondom één of meerdere draaischijven gebouwd, zie voor meer informatie: E07.01.07.02 De draaischijf

Diesellocomotieven

Met de opkomst van diesellocomotieven werden deze gewoon in het depot van de stoomlocomotieven gestald. Gebroederlijk naast elkaar. De diesellocomotieven hadden hun eigen voorzieningen nodig. Zoals een installatie om diesel in te nemen en een opslag van de diesel. Deze stonden meestal in de buurt van het spoor in grote opslagtanks. De tankinstallatie is meestal voorzien van een opvangbak voor gemorste diesel. Deze maatregelen zijn in de loop van de tijd steeds uitgebreider geworden.

Kleinere depots kregen rechthoekige locomotievenloodsen om de locomotieven in te stallen. De grotere en modernere depots maakten meestal geen gebruik meer van een draaischijf maar van een rolbrug om locomotieven te verplaatsen naar de locomotievenloods.

In model

Een aantal leveranciers leveren installaties voor een diesellocomotievendepot. Een oude locomotievenloods voor stoomlocomotieven kan goed dienst doen als overnachtingsplek of als kleine werkplaats voor een diesellocomotief.

Accutreinen

In Duitsland hebben nog een hele tijd accutreinen gereden. Deze treinen hadden ook extra voorzieningen als een oplaadpunt voor de accu’s nodig. Deze waren meestal ook te vinden in de voormalige stoomlocomotievendepots.

Elektrische locomotieven

In Nederland zijn door de snelle elektrificatie van het Nederlandse spoorwegnet weinig echte stoomlocomotieven depots overgebleven. De enige met een draaischijf is Tilburg maar die zal ook sluiten. In Nederland wordt meer uitgegaan van een werkplaats met rechte werkhallen waarin de sporen lopen. De sporen in de hallen lopen meestal op bokken waardoor deze hoger liggen en er gemakkelijker aan de treinen gewerkt kan worden. Om grote en complexe wisselstraten te vermijden worden nog steeds rolbruggen gebruikt, voor meer informatie zie: E07.01.07.03 De rolbrug

In model

De moderne werkplaats wordt door een groot aantal fabrikanten geleverd en is goed na te bouwen. Een grote werkplaats op de modelbaan is niet nodig. Een depot voor vier of vijf treinen is goed na te bouwen. Eventueel kan de wisselstraat goed vervangen worden door een rolbrug die compleet zelf gebouwd wordt of juist kant en klaar gekocht wordt.


E07.01.07 - Het locdepot - Vorige | Volgende - E07.01.07.01 Het stoomlocomotievendepot