|
|
| (Een tussenliggende versie door dezelfde gebruiker niet weergegeven) |
| Regel 17: |
Regel 17: |
| | |Maker= Fred Eikelboom | | |Maker= Fred Eikelboom |
| | |Type= Tekening | | |Type= Tekening |
| − | |Positie= Rechts
| |
| | }} | | }} |
| | Dit doen we door de baan te verdelen in twee- of meer geïsoleerde stroomkringen. Elke stroomkring krijgt zijn eigen [[Woorden - B#Booster|booster]] en stroomvoorziening (trafo of voeding). De booster zorgt ervoor dat het digitale signaal van de [[Centrales|centrale]] ook de overige stroomkring(en) van de baan bereikt. | | Dit doen we door de baan te verdelen in twee- of meer geïsoleerde stroomkringen. Elke stroomkring krijgt zijn eigen [[Woorden - B#Booster|booster]] en stroomvoorziening (trafo of voeding). De booster zorgt ervoor dat het digitale signaal van de [[Centrales|centrale]] ook de overige stroomkring(en) van de baan bereikt. |
| | === Waarschuwing === | | === Waarschuwing === |
| | Wanneer we de baan verdelen in twee- of meer geïsoleerde stroomkringen moeten we er zeer goed op letten dat de K- en J-draden van de boosters, '''geen contact maken met de K- en J-draden''' van de centrale of van andere boosters. Zie afbeelding 1. In plaats van de CDE-aansluiting kan ook een andere boosterkabel gebruikt worden, dit is afhankelijk van het merk centrale en/of booster. | | Wanneer we de baan verdelen in twee- of meer geïsoleerde stroomkringen moeten we er zeer goed op letten dat de K- en J-draden van de boosters, '''geen contact maken met de K- en J-draden''' van de centrale of van andere boosters. Zie afbeelding 1. In plaats van de CDE-aansluiting kan ook een andere boosterkabel gebruikt worden, dit is afhankelijk van het merk centrale en/of booster. |
| | + | === Geen te groot spanningsverschil op boosterovergangen === |
| | + | {{Afbeelding 2 naast elkaar |
| | + | |Bestand= Boosterscheiding.png |
| | + | |Grootte= 300px |
| | + | |Volgnummer= 02 |
| | + | |Omschrijving= De stroom loopt van de rechter as naar de linker as |
| | + | |Type= Tekening |
| | + | |Maker= Fred |
| | + | |Bestand2= Boosterscheiding-01.png |
| | + | |Grootte2= 450px |
| | + | |Volgnummer2= 03 |
| | + | |Omschrijving2= De stroom loopt bij een rijtuig van het rechter draaistel naar het linker as draaistel |
| | + | |Type2= Tekening |
| | + | |Maker2= Fred |
| | + | }} |
| | + | Er mag geen te groot spanningsverschil zijn tussen de verschillende boostersecties. Indien op de ene boostersectie, (gevoed door booster van merk A) bijvoorbeeld 17 volt digitale spanning staat en op de volgende boostersectie (gevoed door booster van merk B) staat 17,7 volt digitale spanning, dan zal, wanneer er bijvoorbeeld een draaistel met op alle wielen stroomafname over de isolatie (de groene verticale streep in afbeelding 01) van de boostersecties rijdt een behoorlijke vereffeningsstroom gaan lopen door de stroomafnemers. De vereffeningsstroom tussen de boosters kan niet door de gelijkrichter van de locdecoder of functiedecoder lopen (zie afbeelding 03). Het enige dat een locdecoder of functiedecoder hiervan merkt is een plotselinge verandering van rijspanning, maar daar heeft deze totaal geen last van. Het verdiend aanbeveling niet boven 300 mV spanningsverschil op de boosterovergangen te komen.<br> |
| | + | Daarom, gewoon dezelfde dubbelgeïsoleerde voedingen gebruiken behorend bij de boosters en de centrale. Dat zorgt er voor, dat alle parameters (fase, spanning en stroom) binnen de toegestane marges blijven). |
| | === Boosters nooit koppelen === | | === Boosters nooit koppelen === |
| − | Omdat we per booster een sectie hebben, die door de booster van stroom wordt voorzien is het niet mogelijk om twee boosters te koppelen, want dan raken de inwendige H-bruggen defect. Weliswaar zijn de secties doorverbonden wanneer er een trein over de sectiescheiding rijdt, echter is dit maar kortstondig en daar zijn de boosters tegen beveiligd. (Zie link naar forum hieronder). | + | Omdat we per booster een sectie hebben, die door de booster van stroom wordt voorzien is het niet mogelijk om twee boosters te koppelen, want dan raken de inwendige H-bruggen defect. Weliswaar zijn de boostersecties doorverbonden wanneer er een trein over de sectiescheiding rijdt, echter is dit maar kortstondig en daar zijn de boosters tegen beveiligd. (Zie link naar forum hieronder). |
| | Hebben we in een sectie meer stroom nodig dan kunnen we twee dingen doen: | | Hebben we in een sectie meer stroom nodig dan kunnen we twee dingen doen: |
| | * de sectie korter maken en een extra sectie maken en daarop een extra booster aansluiten; | | * de sectie korter maken en een extra sectie maken en daarop een extra booster aansluiten; |
| − | * een zwaardere booster toepassen (is ook een zwaardere trafo benodigd). | + | * een zwaardere booster toepassen (is ook een zwaardere voeding benodigd). |
| | + | Kies dan wel een booster met voeding van hetzelfde merk als de bestaande boosters. |
| | ===Opmerking=== | | ===Opmerking=== |
| | De nieuwere generatie boosters hoeven niet meer op een [[Elektronica basis#De transformator|transformator]] te worden aangesloten. Deze worden compleet met [[Woorden - L#Lineaire voeding|voeding]] geleverd. | | De nieuwere generatie boosters hoeven niet meer op een [[Elektronica basis#De transformator|transformator]] te worden aangesloten. Deze worden compleet met [[Woorden - L#Lineaire voeding|voeding]] geleverd. |
| Regel 77: |
Regel 94: |
| | |- valign= "top" | | |- valign= "top" |
| | ! scope= "row" width="70%" | | | ! scope= "row" width="70%" | |
| − | | <small>Laatste wijziging: 7 jul 2025 11:02 (CET)</small> | + | | <small>Laatste wijziging: 14 aug 2025 10:07 (CET)</small> |
| | |} | | |} |
| | [[Categorie: Alles|I]] | | [[Categorie: Alles|I]] |
Onder redactie van: BeneluxSpoor.net
Wat is een booster?
Een booster is een stroomversterker. Bij modelspoorbanen met veel gelijktijdig rijdende treinen is er meer behoefte aan stroom. Het wordt al snel te veel voor een standaard digitale centrale. Om toch meerdere treinen te laten rijden is de booster bedacht.
Wat is de functie een booster?
Een booster maakt het mogelijk om een groter aantal locomotieven en wagons (rijtuigen) met verlichting van stroom te voorzien. De booster geeft extra stroom aan de modelspoorbaan.
Hoe doen we dit?
|
| Afbeelding: 01
|
| Het aansluiten van boosters
|
| Tekening gemaakt door: Fred Eikelboom
|
Dit doen we door de baan te verdelen in twee- of meer geïsoleerde stroomkringen. Elke stroomkring krijgt zijn eigen booster en stroomvoorziening (trafo of voeding). De booster zorgt ervoor dat het digitale signaal van de centrale ook de overige stroomkring(en) van de baan bereikt.
Waarschuwing
Wanneer we de baan verdelen in twee- of meer geïsoleerde stroomkringen moeten we er zeer goed op letten dat de K- en J-draden van de boosters, geen contact maken met de K- en J-draden van de centrale of van andere boosters. Zie afbeelding 1. In plaats van de CDE-aansluiting kan ook een andere boosterkabel gebruikt worden, dit is afhankelijk van het merk centrale en/of booster.
Geen te groot spanningsverschil op boosterovergangen
|
|
|
| Afbeelding: 02
|
|
Afbeelding: 03
|
| De stroom loopt van de rechter as naar de linker as
|
|
De stroom loopt bij een rijtuig van het rechter draaistel naar het linker as draaistel
|
| Tekening gemaakt door: Fred
|
|
Tekening gemaakt door: Fred
|
Er mag geen te groot spanningsverschil zijn tussen de verschillende boostersecties. Indien op de ene boostersectie, (gevoed door booster van merk A) bijvoorbeeld 17 volt digitale spanning staat en op de volgende boostersectie (gevoed door booster van merk B) staat 17,7 volt digitale spanning, dan zal, wanneer er bijvoorbeeld een draaistel met op alle wielen stroomafname over de isolatie (de groene verticale streep in afbeelding 01) van de boostersecties rijdt een behoorlijke vereffeningsstroom gaan lopen door de stroomafnemers. De vereffeningsstroom tussen de boosters kan niet door de gelijkrichter van de locdecoder of functiedecoder lopen (zie afbeelding 03). Het enige dat een locdecoder of functiedecoder hiervan merkt is een plotselinge verandering van rijspanning, maar daar heeft deze totaal geen last van. Het verdiend aanbeveling niet boven 300 mV spanningsverschil op de boosterovergangen te komen.
Daarom, gewoon dezelfde dubbelgeïsoleerde voedingen gebruiken behorend bij de boosters en de centrale. Dat zorgt er voor, dat alle parameters (fase, spanning en stroom) binnen de toegestane marges blijven).
Boosters nooit koppelen
Omdat we per booster een sectie hebben, die door de booster van stroom wordt voorzien is het niet mogelijk om twee boosters te koppelen, want dan raken de inwendige H-bruggen defect. Weliswaar zijn de boostersecties doorverbonden wanneer er een trein over de sectiescheiding rijdt, echter is dit maar kortstondig en daar zijn de boosters tegen beveiligd. (Zie link naar forum hieronder).
Hebben we in een sectie meer stroom nodig dan kunnen we twee dingen doen:
- de sectie korter maken en een extra sectie maken en daarop een extra booster aansluiten;
- een zwaardere booster toepassen (is ook een zwaardere voeding benodigd).
Kies dan wel een booster met voeding van hetzelfde merk als de bestaande boosters.
Opmerking
De nieuwere generatie boosters hoeven niet meer op een transformator te worden aangesloten. Deze worden compleet met voeding geleverd.
Meer informatie
Beneluxspoor.net:
|
|
|
over het parallelschakelen van boosters
|
Belangrijke informatie:
|
|
|
Uitleg over boosters (pdf)
|
|
|
Laatste wijziging: 14 aug 2025 10:07 (CET)
|
