Logische aansluiting van decoder aansluitenUit BeneluxSpoor.net - Encyclopedie
Onder redactie van: BeneluxSpoor.net / Auteur: Fred Eikelboom
De logische aansluitingen van een decoderDiverse decoders, zoals de LoPi V3 en V4 en V5, zijn, naast de versterkte functieaansluitingen, voorzien van logische aansluitingen. Deze logische aansluitingen kunnen standaard uitgeschakeld zijn (=zijn nog niet inschakelbaar via een functieknop) en dienen dus eerst geactiveerd te worden, door volgens de gebruiksaanwijzing een aantal CV's in te stellen. Een logische aansluiting houdt in dat er op de aansluiting twee spanningsniveau's aanwezig kunnen zijn: "laag" en "hoog". Wanneer de functie uitgeschakeld is, is deze "laag" ofwel 0 volt, en wanneer deze ingeschakeld is, is deze "hoog" ofwel er staat +5 volt op de aansluiting. (er zijn ook LoPi's die voorzien zijn van 3,9 volt ATMEL-processoren. Dan is de aansluiting +3,9 volt wanneer deze ingeschakeld is). Het is een puur logische functie, waaraan nooit direkt een verbruiker mag worden aangesloten. De maximale stroom die een (standaard) logische aansluiting kan leveren is ongeveer twee milliampère. Proefondervindelijk is vastgesteld dat bij een zwaardere belasting de spanning op de logische aansluiting "in elkaar zakt" (afneemt tot bijna nul). Wanneer we de logische aansluiting te zwaar belasten, lopen we het grote risico dat de microprocessor op de decoderprint defect raakt! Er moet ten allen tijde een transistorschakeling op de logische aansluiting aangesloten worden. Een geschikte schakeling staat in afbeelding 07. We moeten dan de emitter van de transistor (de aansluiting genummerd met 20) aansluiten op de - ("min") van de gelijkrichter van de decoder.
Aux3 en Aux4 bij 21MTC-decodersNaast de vier versterkte aansluitingen, bezitten LoPi - decoders met een 21MTC-stekker, twee extra aansluitingen, namelijk AUX3 (pin 4) en AUX4 (pin 13). Het zijn puur logische functies, waaraan nooit direkt een verbruiker mag worden aangesloten.
De extra leds worden, volgens het schema in afbeelding 06, op de normale wijze (blauw = + plus, functieaansluiting = massa) via een serieweerstand op de adapterprint aangesloten. De GND (massa-aansluiting) wordt hier niet gebruikt. In speciale gevallen, zoals bijvoorbeeld de Artitec DE1, wordt de GND-aansluiting wel gebruikt.
ZelfbouwWe kunnen ook zelf een transistorschakeling maken (zie afbeelding 07). Dit doen we door een transistor via een weerstand op de soldeeraansluiting van de decoder aan te sluiten (zie afbeelding 01 en 02 hierboven).
Een geschikte transistor is de BC547B (in TO-92 behuizing) zie afbeelding 07 of de dubbeltransistor BC847S (SMD-uitvoering) in SOT363 behuizing, zie afbeelding 08. Om aan de veilige kant te blijven, kunnen we het beste niet meer dan één milliampère trekken uit een logische aansluiting (volgens de datasheet van de fabrikant). Bij een stroom van één milliampère door de basis van de transistor, kunnen we 100 milliampère collectorstroom schakelen. Het berekenen van de weerstandswaarde van R1: Over de basis - emitterovergang van de BC547B staat 0,7 volt. Op de logische aansluiting staat 5 volt. We moeten dus 5 - 0,7 = 4,3 volt "wegwerken" met een weerstand. Door twee van bovenstaande transistorschakelingen op de 21MTC - decoder aan te sluiten (op Pin4 en Pin13) kunnen we gebruikmaken van Aux3 en Aux4. SMD-dubbeltransistorenInplaats van twee losse BC547B's kunnen we, met het oog op ruimtebesparing, ook gebruikmaken van een SMD-dubbeltransistor, zoals de BC847S (zie afbeelding 08) of de FMB3904 (zie afbeelding 09). Ook hier verdient het aanbeveling om tussen de basis en de emitter van de transistoren een weerstand van 33 kΩ plaatsen om er voor te zorgen dat de transistor volledig spert (=niet geleid), wanneer er geen stuurspanning op Aux3 of Aux4 staat. FET
In plaats van een gewone transistor, zoals in schema 07, kunnen we ook gebruik maken van een FET (Field Effect Transistor ofwel veldeffecttransistor) ook wel MOSFET genoemd. Een geschikt type is de BS170 in TO-92 behuizing (zie schema 10). Deze kan max. 500 milliampère schakelen, mits voorzien van een koelplaat. Zonder koeling kan hij gemakkelijk 100 milliampère schakelen. Het verdient aanbeveling om tussen de "source" en de "gate" van de FET een weerstand van 33 kΩ te plaatsen om er voor te zorgen dat de FET volledig spert, wanneer de functieaansluiting uitgeschakeld is. SMD-dubbelFETDaar we te maken hebben met twee logische aansluitingen, is het wel zo handig om een dubbel-FET te gebruiken in SMD-behuizing (zie schema 11). Geschikte typen zijn de SI9936 of de IRF7103. Meer informatie
|